(klik hier
voor verschijning van Rottend Staal in juiste vormgeving)
DICHTER DES VADERLANDSVERKIEZING: DE ZESTIENDE STEMDAG
Epibreren - Liesbeth van Dalsum vroeg buiten het stemlokaal de eerste 681 stemmers
naar hun keuze:
En merkt voor de vijftiende maal op dat er wel wat meer op dichteressen
gestemd mag worden.
Nog niet gestemd? Bezoek het stemhok om uw
stem uit te brengen.
Stemmen is voorbehouden aan inwoners van Nederland en aan mensen buiten Nederland
met de Nederlandse nationaliteit. Per persoon is één stem toegestaan.
Alleen stemmen uitgebracht in het stemhok tellen mee. Fraude zal worden aangepakt.
Na overleg van de stemcommissie is de kiestermijn verlengd tot en met zondag
22 februari, 23.59 uur. De uitslag zal direct daarna bekend gemaakt worden.
(Rottend Staal Online, 15-2-2004)
Tussen de gerechten door zullen de schrijvers Jerry
Goossens (romancier en dagcolumnist van het Utrechts
Nieuwsblad), Ingmar
Heytze (een van de favorieten als opvolger van Gerrit Komrij als Dichter
des Vaderlands) en Ronald
Giphart (schrijver van het Boekenweekgeschenk 2003) voorlezen uit eigen
werk en de gasten amuseren met literaire anekdotes. De Biltse Boekhandel
Bouwman verzorgt een boekentafel.
De entree bedraagt € 30,- (inclusief voedsel en voordrachten). Aanvang
12.30 uur, 14 maart a.s. Restaurant Ilha bevindt zich aan de Dorpsstraat
81/83 te de Bilt.
Reserveert tijdig, want (en dit bedoelen we op een niet-strafbare manier)
'vol is vol'. Reserveren/
informatie: 030-221.20.10 (vragen naar Co Mol). (Rottend Staal Online,
15-2-2004)
Epibreren - Buiten het stemhok vroeg onze redacteur Yfke
Dalhemd kiezers die juist hun stem hadden uitgebracht op wie ze gestemd
hebben, en waarom.
Willem
van Twist: 'Als opvolger voor Gerrit Komrij heb ik Simon
Vinkenoog mijn DDV-stem gegeven. Als motivatie wil ik aanvoeren: Simon
kan zich alvast warm lopen voor de verkiezingen 2005-2010. Prima 'vintage'
dichter, verrassend, veelzijdig en speels.'
Frits
Maij: 'Als liefhebber en als schrijver van vrolijke gedichten zou
ik het liefste Ivo
de Wijs hebben gekozen, maar die heeft geen tijd.
Verder ben ik een groot liefhebber van de poëzie van Drs.
P. Vanwege de orginaliteit en de vele nieuwe versvormen die hij gemaakt
heeft. Hij is echter al op leeftijd en ik gun hem een rustige levensavond.
Dan zou ik een keuze willen maken tussen Jan Boerstoel,
Driek
van Wissen of Kees
Thorn. Of toch maar Hans
Dorrestijn ?
Ik kies voor Jan Boerstoel. Ik heb genoten van zijn bundel Veel Werk
en ik vind hem iets beter dan Driek van Wissen. Kees Thorn en Hans Dorrestijn
vind ik beter in het theater. Daar komen zij beter tot hun recht. De winnaar
voor mij is dus Jan Boerstoel en ik hoop dat we veel orginele vrolijke poëzie
van hem tegemoet zullen zien.'
Marry
Kralt: 'Ik stem voor Eva
Gerlach als Dichter des Vaderlands. In de eerste plaats vanwege haar
prachtige heldere stijl van schrijven en in de tweede plaats omdat ik sterk
de indruk krijg dat in de Nederlandse literatuur vrouwen eerder worden verzwegen
dan bewonderd.'
Yoeri
Albrecht: 'Judith
Herzberg. Motivatie: Lekker eenvoudig dichtwerk. Weinig poeha. Doet
het goed bij grote groepen van de Nederlandse bevolking dus geschikt als
DDV.'
Emilie
Fijan: 'Ik stem op Anna
Enquist, en hoop dat ze nog heel veel stemmen zal krijgen. Inderdaad
moet er meer op de vrouwen onder ons gestemd worden!!!!!'
(Rottend Staal Online, 15-2-2004)
Epibreren - Eindelijk is dan de verse Poëziekrant op het eiland gearriveerd. Een echt collectors item; niet zozeer vanwege de nieuwe gedichten van Paul Rigolle, Jan Vanriet en Maarten de Pourcq en vertaald werk van Antonio Machado en Christine Lavant, of de weinig opzienbarende interviews met Marjoleine de Vos en Renaat Ramon. Ook de slaapverwekkende beschouwingen nodigen de nieuwsgierige poëzieliefhebber niet echt tot lezen uit.
Nee, deze Poëziekrant is vooral bijzonder door wat
zich op pagina's 68 en 69 ontvouwt, iets zó bizars dat het Poëziekrant
2003/#6 tot een collectors item maakt. Om het bizarre karakter van
die pagina's duidelijk te maken moet ik even terug in de tijd gaan, naar
13 oktober 2000, toen Rottend Staal dit berichtte:
PLAGIAAT OF SPEL?
In 'De Volkskrant' van vrijdag 13 oktober 2000 vraagt dichtrecensent Piet Gerbrandy zich vertwijfeld af of er wellicht een spel met hem gespeeld wordt, dit na zijn constatering dat dichteres Margreet Schouwenaar in de dichtbundel Talen naar de val (Querido, 2000) in enkele gedichten wel erg Gerbrandyaans taalgebruik hanteert. Schouwenaar: 'Daarna, o later, dorstende blikken / in de gastheer geslagen, staren naar een / onbestemd dressoir, hoeder van de / schalen / de vliezen van het aangeschoten / wild vermijdend.' In Gerbrandy's bundel Weloverwogen en onopgemerkt (Meulenhoff, 1996; een prachtbundel die momenteel tegen een volksvriendelijke prijs bij Boekhandel De Slegte aanschafbaar is) treffen de lezers deze constructies aan: 'dorstende blik' (pag. 20), 'afgedankt dressoir' (pag. 22) en 'aangeschoten / wild en meuke vliezen' (pagina 25). De overeenkomst is inderdaad opvallend. Gerbrandy zelf concludeert: 'We mogen aannemen dat Schouwenaar ervan is uitgegaan dat ik, gezien mijn functie, haar boek zou lezen en de verwijzingen zou opmerken. Omdat ik geen beroemd dichter ben, kon ze ook veronderstellen dat andere recensenten het niet zouden zien'. Blijft de vraag, een vraag die ook Gerbrandy kwelt: zou ze ook in de rest van haar gedichten de hele tijd anderen citeren? (Rottend Staal Online, 13-10-2000)
Vervolgens, in komkommertijd 2002, berichtten we dit:
OUD NIEUWS HERBEKEKEN
Epibreren - Op 13 oktober 2000 berichtte Rottend Staal hoe Piet Gerbrandy,
dichter en criticus bij de Volkskrant, zich afvroeg of er wellicht een spel
met hem gespeeld werd. Dit na zijn constatering dat dichteres Margreet Schouwenaar
in de door hem gerecenseerde dichtbundel Talen naar de val (Querido,
2000) in enkele gedichten wel erg Gerbrandyaans taalgebruik hanteerde. Rottend
Staal vroeg Gerbrandy of er zich nog nadere ontwikkelingen in deze merkwaardige
geschiedenis hebben voorgedaan:
Piet Gerbrandy: "Jan Kuijpers (Schouwenaars redacteur bij Querido)
moest na mijn lijstje van een twintigtal evidente ontleningen toegeven dat
ik me niet vergiste, maar Schouwenaar bleef zelf volhouden dat ze mijn werk
niet kende, waarom ik haar in een brief hartelijk doch beleefd heb uitgelachen."
(Rottend Staal Online, 15-7-2002)
Te Epibreren dacht men dat deze affaire hiermee afgedaan
was. Tot in de Poëziekrant 2003/#4 Remco
Ekkers Margreet Schouwenaar interviewt. In dat
interview ontkent Schouwenaar opnieuw ooit leentjebuur bij Gerbrandy
gespeeld te hebben, en kakelt laster over Gerbrandy, gretig nagepapegaaid
door Ekkers:
Remco Ekkers: 'Je wilt misschien iets recht zetten: Piet Gerbrandy
beschuldigde je van 'woordendiefstal'. Hij ontdekte in Talen naar de
val allerlei woorden uit zijn bundel Weloverwogen en onopgemerkt
(What is in a name?).'
Margreet Schouwenaar: 'Wat moet ik recht zetten? Piet schreef een
hele nare recensie. Op dat moment herkende ik er niets van. Ik heb zelf
geen contact met hem gehad. Ik heb een keer een briefje naar hem gestuurd
en ik kreeg een boos briefje terug. Hij heeft later tegen iemand gezegd
dat hij alleen maar verbaasd was, dat zoiets mogelijk was. Hij vond dat
we een discussie zouden moeten voeren over het gebruik van woorden. Hij
vond dat mijn woorden zo leken op zijn woorden. Soms gebruiken we dezelfde
woorden, maar het is toch vooral overtrokken. Hij stuurde een hele lijst
op van woorden. Ook combinaties als 'nog even'. Het maakte me heel onzeker.
Ik dacht: ik moet maar niks meer lezen, hoewel ik Gerbrandy toen nog niet
gelezen had. In een radiouitzending gaf hij toe dat hij me niet van plagiaat
wilde beschuldigen. Kouwenaar belde nog, Arie van den Berg, en die zagen
ook geen probleem. Piet Gerbrandy wil nooit meer een recensie over mij schrijven.'
Remco Ekkers: 'Dat is de omgekeerde wereld.
Hij zou een Margreet-Schouwenaar-verbod moeten krijgen. Het is een overgevoeligheid
bij hem.'
Margreet Schouwenaar: 'Het is uitgegaan als
een nachtkaars'.
Zoiets kan een mens niet op zich laten zitten. Gerbrandy
stuurde een brief aan Ekkers:
------------------
Beste Remco,
Met belangstelling las ik je interview met Schouwenaar. Je zult begrijpen dat enkele formuleringen daarin me onaangenaam troffen omdat ik erin wordt afgeschilderd als een naar, bezitterig mannetje dat het niet kan hebben als een ander dezelfde woorden gebruikt als ik. Gelukkig weet ik dat dat niet waar is. Als je de elementaire journalistieke beleefdheid van hoor en wederhoor had toegepast, had je geweten hoe de vork in de steel zat.
Er is geen sprake van dat ik iemand beschuldig van woordendiefstal. Ik zou niet op het idee komen. Toen ik de gewraakte bundel las, ontdekte ik dat complete woordgroepen, en wel zeer eigenzinnige woordgroepen, uit mijn bundel Weloverwogen en onopgemerkt in haar poëzie terechtgekomen waren. Daarbij ging het niet om drie of vier toevallige woordcombinaties, maar om clusters van halve zinnen, beelden en woordgroepen, die bovendien zo dicht bij elkaar stonden (en in enkele gevallen in de volgorde waarin ze ook in mijn bundel voortkwamen) dat het niet om toeval kon gaan. Ik was daarover uiteraard niet boos, zoals het interview suggereert, en het woord 'plagiaat' zou niet in me opkomen., maar ik vond het wel héél curieus. Mijn recensie ging over verbazing, en het woord 'beschuldigen' is echt absurd. Heb je die recensie eigenlijk wel gelezen? Ik krijg de indruk van niet.
(...) Mocht je belang stellen in het lijstje overeenkomsten, dan moet je het maar zeggen, dan stuur ik het je toe. Ik zal je maar niet vragen de passage in het interview te rectificeren, want dan wordt het allemaal nog veel pijnlijker dan nodig is. Ik hecht er echter wel aan dat je weet wat er is gebeurd.
Vriendelijke groet,
Piet Gerbrandy,
Winterswijk, 18-7-2003
------------
De complete brief staat op blz 68 afgedrukt, gevolgd door een schrijven
van Remco Ekkers, waarin hij vertelt over zijn vakantieperikelen en het
lijstje overeenkomsten opvraagt. Gerbrandy doet hem deze met een kort schrijven
toekomen (ook dat briefje staat in de Poëziekrant afgedrukt), en vervolgens
behandelt Ekkers in een laatste brief het lijstje overeenkomsten en zegt
rectificatie toe.
Het integraal afdrukken van deze hele correspondentie verbaast
niet alleen de bevolking van Epibreren. Ook bij de bevolking van Winterswijk
is sprake van verbazing.
Hoe dan ook: als iemand me kan helpen aan het e-mailadres van Margreet Schouwenaar,
ter verdere navraag, zal ik een nog gelukkiger mens zijn dan ik nu al ben
vanwege het bezit van deze bizarste Poëziekrant ooit.
Poëziekrant #6, november/december 2003/#6 (verschenen februari 2004),
€ 9,- (België), € 10,- (rest van de wereld)
(Bart FM Droog, Rottend Staal Online, 15-2-2004)
Nu ken ik Tsead Bruinja zo'n jaar of zeven, heb enig inzicht in wie en wat er zoal in het Nederlandse poëziewereldje actief zijn, maar het door Contact-redactrice Staal gesignaleerde 'clubje podiumdichters van een man of zeven' is mij onbekend. Omdat ik erg nieuwsgierig ben - tot op het ziekelijke af - wil ik bij deze mevrouw Staal vragen zo snel mogelijk contact op te nemen met Rottend Staal om de namen van die zes dichters te onthullen.
Volgens Staal waren bij de presentatie van Bruinja's bundel zes van deze clubleden aanwezig. In het archief te Epibreren bevindt zich gelukkig een papyrusrol met de namen van de mensen die bij Bruinja's bundelpresentatie in Perdu, 29 juni 2003 optraden: Joost Baars, Marije Langelaar, Thomas Möhlmann, Willem Groenewegen, Mowaffk Al-Sawad, Abe de Vries, Elmar Kuiper, de dicht/muziek-formaties Gewassen en Daniel Dee & de M.d.k.l.nk.rs
Welgeteld traden daar dus naast Bruinja negen dichters op. Waarvan twee Friestalig en één Arabischtalig. Resteren Joost Baars, Marije Langelaar, Thomas Möhlmann, Willem Groenewegen, Sieger M. Geertsma en Daniël Dee - en hen tot één club rekenen? Wat een onzin. Interviewer Joris van Casteren had op dit punt toch wel wat kritischer mogen zijn. (Bart FM Droog, Rottend Staal Online, 15-2-2004)
DE DIKKE KOMRIJ (122)
Epibreren - Het verwerken van gegevens uit de Dikke
Komrij vordert gestaag. Dit zijn de nieuwe Ootjes in het boek:
A.J.D.
van Oosten (1898-1969), Andreas
Oosthoek (1942), W.F.
Oostveen (1849-1890), Th.
van Os (1954) en Eugeen
van Oye (1840-1926).
Vooral over de opname van A.J.D. van Oosten is men te Epibreren zeer opgetogen: Van Oosten publiceerde al in de jaren twintig van de twintigste eeuw prachtige on-the-road poëzie, vol motorgeweld. Van Oosten was zijn tijd ver vooruit: neem deze fragmenten die Komrij heeft opgenomen uit zijn bundel Tijd der nooden. Een bundel tijds-verzen ('s-Gravenhage, 1934):
'men vindt benzine en een bed gereed' (uit 'Langs vaste paden', blz 902)
of, in het prachtige 'Muziek op Waalhaven' (blz. 902 en 903):
Over 't vliegveld blaakt de zomermiddag
voor de toko hangt een zonne-hoes
uit de rood-geverfde blokken triplex
dreunt de nieuwste gave hit, de blues
Body and Soul.
Het is moeilijk te geloven dat dit materiaal al zeventig jaar oud is. En het is heel jammer dat Abraham (Ab?) van Oosten zijn dichtlier in 1940 of 1941 voorgoed heeft weggesmeten. (Rottend Staal Online, 15-2-2004)
En merkt voor de veertiende maal op dat er wel wat meer op dichteressen
gestemd mag worden.
Nog niet gestemd? Bezoek het stemhok om uw
stem uit te brengen.
Stemmen is voorbehouden aan inwoners van Nederland en aan mensen buiten Nederland
met de Nederlandse nationaliteit. Per persoon is één stem toegestaan.
Alleen stemmen uitgebracht in het stemhok tellen mee. Fraude zal worden aangepakt.
Na overleg van de stemcommissie is de kiestermijn verlengd tot en met zondag
22 februari, 23.59 uur. De uitslag zal direct daarna bekend gemaakt worden.
(Rottend Staal Online, 14-2-2004)
Groningen - Alweer de vijfde Poëet en Date Show en
wel op woensdag 18 februari in de Usva (Munnekeholm 10, aanvang: 20.30 uur).
Wat gaat dat brengen? Natuurlijk brengt presentator Bart
FM Droog weer potentiële date-koppels samen en declameert hij een
liefdesgedicht dat tot tranen roert. Het winnende date-koppel van de vorige
maand, Floris en Dianne brengt verslag uit. Wie weet gaan zij een kinderrijke
toekomst tegemoet, meer verklappen wij niet.
De gastdichter is helemaal afkomstig uit Den Haag en heet Harry
Zevenbergen. En wat zou de show zijn zonder Meindert
Talma. Hij gaat weer liederen ten gehore brengen en natuurlijk een grensverleggend
Fries seksgedicht. Meistermusiker Jan
Klug produceert opnieuw prachtige jingles waaronder de nu reeds klassieke
Poëet & Date-show muziek. Een ieder die zijn ei kwijt moet, kan
dat op het Open Podium. De publieksfavoriet wint een prachtige prijs. Het
onvolprezen huis aan huisblad de Loeks plaatst wederom een foto van het
date-koppel met daarbij een passend slamgedicht. Wilt u liefde, wilt u literatuur?
Kom!
Mensen die mee willen doen aan het Open Podium (en zodoende kans maken op die heerlijke fles wijn van de Druivelaar) kunnen zich aanmelden via het volgende mailadres of telefoonnummer:schrijversschool@hotmail.com of tel. 050-850.71.48. (Rottend Staal Online, 14-2-2004)
COLUMN VAN POËZIEPUZZEL 2004-WINNAAR ONLINE
Epibreren - We hebben even gewacht tot vandaag, Valentijnsdag, om de romantische
poëziecolumn van Cindy Noorderwier online te zetten. Noorderwier
wist de meeste dichtersnamen in Lenze L. Bouwers Poëziepuzzel
2004 te noemen: 42. Waarmee ze veruit de andere 52.841 inzenders versloeg.
Cindy
Noorderwier (Rotterdam, 1976) heeft na vele geflopte studies aan de
Erasmus Universiteit en de Rijksuniversiteit Groningen gekozen voor het
vrije leven. Ze werkt tijdelijk in de lingeriewinkel aan de Zwanestraat
te Groningen. (Rottend Staal Online, 14-2-2004)