1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004
2005 2006 2007

Periode juli t/m december. Voor januari t/m juni 2001 klik hier.
Groninger Dagblad, 3-7-2000 (over de Word Slam Finale)
TAZ, 3-7-2001 (aankondiging optreden te Oldenburg (D))
Schrijversnet, 15-7-2001 (over Stadsdichter voor Groningen)
Groninger Dagblad, 18-7-2001 (over Stadsdichter voor Groningen)
TAZ, 19-7-2001 (recensie optreden Oldenburg (D))
Groninger Gezinsbode, 20-7-2001 (over Stadsdichter voor Groningen)
Leeuwarder Courant, 20-7-2001 (over Stadsdichter voor Groningen)
Nieuwsblad v/h Noorden, 21-7-2001 (Dichters in de Prinsentuin)
Meander, 22-7-2001 (over Dichters in de Prinsentuin Festival)
Volkskrant, 26-7-2001 (Dichters in de Prinsentuin)
Volkskrant, 1-8-2001 (Lowlands)
Leeuwarder Courant, 24-8-2001 (Lowlands)
BN De Stem, 29-8-2001 (optreden Zevenbergen)
Haagsche Courant, 29-8-2001 (Dichter aan huis)
Novi List (Kroatië), 30-8-2001 (Jan Klug op Pontes Festival)
Passionate, 1-9-2001 (over Epi-optreden uit 1999)
Opspraak, 1-9-2001 (over Droogs 'matte verzen')
Groninger Gezinsbode, 5-9-2001 (Noordelijke Schrijfdag)
Nieuwsblad v/h Noorden, 7-9-2001 (Groninger stadsdichter)
Brabants Dagblad, 8-9-2001 (optreden Loosbroek)
Nieuwsblad v/h Noorden, 12-9-2001 (Groninger stadsdichter)
Groninger Gezinsbode, 12-9-2001 (Groninger stadsdichter)
Nieuwsblad v/h Noorden, 13-9-2001 (Groninger stadsdichter)
Groninger Dagblad, 14-9-2001 (Groninger stadsdichter)
NRC Handelsblad, 15-9-2001 (Groninger stadsdichter)
Nederlands Dagblad, 15-9-2001 (Groninger stadsdichter)
Schoon Schip, 15-9-2001 (over 'nieuwe' poëzie)
Schoon Schip, 15-9-2001 (De Dichters uit Epibreren)
Haagsche Courant, 1-10-2001 (Droog bij Dichter aan huis)
Volkskrant, 4-10-2001 (Straatpoëziefestival)
Trouw, 12-10-2001 (De vette engel balkt)
TAZ (Duitsland), 15-10-2001 (over Jan Klug in theaterstuk)
Nieuwsblad v/h Noorden, 16-10-2001 (Rottend Staal Cultuur Award)
Groninger Gezinsbode, 17-10-2001 (RSCA & jubileum Droog)
Utrechts Nieuwsblad, 18-10-2001 (De vette engel weersproken)
Al-Beet Al-Iraakie, oktober 2001 (interview met Droog)
O Comércio do Porto (Portugal), 1-11-2001 (Faladura Festival)
24 Horas (Portugal), 1-11-2001 (Faladura Festival)
Straatnieuws (Utrecht), 1-11-2001) (Straatpoëziestival)
O Comércio do Porto (Portugal), 6-11-2001 (Faladura Festival)
Groninger Dagblad, 6-11-2001 (Word Slam)
Vera Krant, 7-11-2001 (over Jan Klug)
Groninger Dagblad, 8-11-2001 (Taaltheaternacht)
De Gelderlander, 9-11-2001 (Andy Fierens over Epibreren)
Groninger Gezinsbode, 9-11-2001 (Nieuws uit Dichtersland)
Propria Cures, 10-11-2001 (o.a. Epibreren, Poëziemarathon e.v.a.)
Groninger Gezinsbode, 14-11-2001 (stadsdichters)
NRC Handelsblad, 15-11-2001 (Wintertuin)
Trouw, 16-11-2001 (Wintertuin)
De Gelderlander, 23-11-2001 (Droog als toneelschrijver)
Nieuwsblad van het Noorden, 23-11-2001 (Tjitse Hofman)
De Gelderlander, 26-11-2001 (Epibreren op slot Wintertuin)
Brabants Dagblad, 30-11-2001 (Deelder, Chabot en Droog naar Den Bosch)
BLVD, december 2001 (gedicht van Droog)
Tijdschrift Schrijven, dec 2001/jan 2002 (Epibreren)
Twentsche Courant, 6-12-2001 (Epibreren)
NRC Handelsblad, 7-12-2001 (Tjitse)
Loeks, 18-12-2001 (Droogs favoriete muziek)
NRC Handelsblad, 20-12-2001 (feestje)
Het Boekblad, 21-12-2001 (Vanuit de lucht en Hofman)
Leeuwarder Courant, 22-12-2001 (een treinreis)
Poëziekrant, 29-12-2001 (Epibreren te Zwolle op Gedichtendag)
Groninger Gezinsbode, 31-12-2001 (Vanuit de lucht)
Groninger Gezinsbode, 31-12-2001 (Epibode)



SJEF WELLER WINT EERSTE WORD SLAM
'Het gaat vooral om de wisselwerking tussen dichters en publiek'

Groningen - Rappers, dichters, rijmelaars, prozaïsten, sonnettenmakers - ze stonden het afgelopen jaar allemaal op de planken van de Schrijversschool in Groningen, tijdens diverse Word Slam-avonden. De inzet van zo'n Word Slam is het winnen. Het publiek mag bepalen welke performer met de meest tevreden gevoelens naar huis kan gaan. De finale van het eerste Word Slam-seizoen vond zondagavond plaats.

Alhoewel het winnen van een bokaal het hoofddoel was van de optredende tekstschrijvers, was het al heel snel duidelijk dat oók de Olympische gedachte tijdens de finale op de voorgrond staat. Acht deelnemers werden door mensen uit het publiek beoordeeld, aanvankelijk via woorden en cijfers. Maar deze tijdelijke 'juryleden' werden door presentator Bart FM Droog volstrekt willekeurig uitgekozen, zodat iedereen het er al snel over eens was dat deelnemen belangrijker is dan winnen.
Bart Droog, om duistere redenen gedurende de hele avond in een jurk gehuld, liep na iedere voordracht met zijn microfoon de zaal in om vijf mensen uit het publiek naar een mening te vragen. De gegeven cijfers werden vervolgens op een schoolbord genoteerd. De drie besten kregen na afloop nog een mogelijkheid om de kunsten te laten te laten horen en werden tegen het einde van de avond door middel van applaus beoordeeld. En het was aan huispianist
Meindert Talma de taak om uit te maken welke deelnemer het meest applaus kreeg. Hij wees Sjef Weller aan als de winnaar. Niet ten onrechte, omdat Weller inderdaad de meeste handen tegen elkaar liet gaan en hij met zijn eigenzinnige rapteksten ("Ik praat in de maat zonder hiaat") het publiek volledig voor zich had weten te winnen.
Droog, initiator van de Groninger Word Slam, toonde zich na afloop tevreden. Hij lanceerde het idee vorig jaar in de Schrijversschool, waarna de eerste avond aan het begin van dit seizoen van start kon gaan. Droog: "Aanvankelijk
kwam er niet veel publiek kijken. Maar daarna is het begrip Word Slam in Groningen langzaam maar zeker gegroeid." Tijdens de finale zaten zo'n zeventig bezoekers in de zaal. "De best bezochte avond van de Schrijversschool tot nu toe."
Het begrip Word Slam1 ontstond in Chicago, in 1986. Via Duitsland belandde het in Nederland, waar afgelopen jaar ook in Amsterdam en Eindhoven Word Slam-avonden werden gehouden. Volgend seizoen voegen Leeuwarden en Nijmegen zich aan het lijstje toe. Droog: "Het gaat vooral om de wisselwerking tussen de dichters en het publiek. En dat kan een heel mooi effect opleveren. In Duitsland is er al eens een Word Slam-festival geweest met meer dan 1500 bezoekers."
Het is dus vrijwel zeker dat Groningen zich na de zomer op kan maken voor een tweede jaargang van Word Slam.
(Jacob Moerman, Groninger Dagblad / Drentse Courant, 3-7-2001)
noot 1: Word Slam is de Groningse variant van het begrip Poetry Slam. Lees derhalve in de eennalaatste alinea voor 'Word Slam' 'Poetry Slam'.

naar boven


GROßFORMATE FÜR GROßGEWACHSENE

In Oldenburg in Oldenburg hat die Lieblingsjahreszeit der Oldenbürger begonnen: Es ist Kultursommer

Tatsächlich, er lichtete sich dann doch noch, der Oldenburger Kultursommerhimmel, Regenschirme und Ostfriesennerz konnten zu Hause bleiben. Ansonsten war es dann wie immer, das heißt: wie seit kurzem immer, bei der Eröffnung des Oldenburger Sommerfestivals. Denn seit vier Jahren veranstaltet die "Kulturetage" das Festival im Auftrag der Stadt, und "Die Etage", wie sie im Volksmund heißt, hat nun mal eine Vorliebe für Straßentheater. Und das heißt für die meisten, die nicht stundenlang an der Absperrung ausharren wollen um ihren Sahneplatz zu sichern: Nackenstarre,
Geschiebe und Gedränge und doch nicht viel sehen.
(...)
Etwas abseits der großen Schlaglichter hat das Literaturbüro der Stadt Oldenburg eine spannende Reihe initiiert: die "Lyrik-Night-Live". Immerdienstags um 22.30 Uhr werden junge AutorInnen lyrische Klangwelten mit Musik entwerfen - supranational, wie die Dichter aus "Epibreren" (D/NL) am 17. Juli, interdisziplinär und transtextuell, wie Urweider/Kobus mit ihrer "Poetischen Pyromanenrevue" (31. Juli). Jedenfalls hat die Leiterin des Literaturbüros, Monika Eden, wohl den Trend der jungen Lyrik genau erkannt und wird bestimmt ihr Publikum finden, das sich ansonsten in der Oldenburger Slammer-Szene tummelt.(...)
(Marijke Gerwin, TAZ Bremen, 3-7-2001)

naar boven


STADSDICHTER IN GRONINGEN

Groningen is een echte dichtersstad. De dichters C.O. Jellema, Remco Ekkers, Jean Pierre Rawie, Albertina Soepboer, Maria van Daalen en De Dichters uit Epibreren wonen en/of werken er allen. De stad had de Nederlandse primeur met een 24-uurs poëziemarathon in 1999 en er worden met regelmaat dichtersmiddagen in de theetuin van de Prinsenhof gehouden. De aanstelling van een stadsdichter naar Engels model kon dan ook niet uitblijven. Thomas van Dalen, cultuurwoordvoerder van D66, heeft bij het College van B & W een voorstel neergelegd om deze dichter per 2002 aan te stellen. De inauguratie zou moeten plaatsvinden op de derde Nationale Gedichtendag in januari 2002.
Voorwaarde is wel dat de dichter een officiële boekpublicatie op zijn naam moet hebben staan.
(Schrijversnet, www.schrijversnet.nl, 15-7-2001)
noot: het is vermakelijk te zien hoe snel na uitgifte van het oorspronkelijke bericht op 4-7-2001 (Zie Rottend Staal Online) namen erbij gesleept worden en fictie wordt geschreven: De Poëziemarathon werd het eerst in 2000 gehouden, de regelmaat van de dichtersmiddagen in de Prinsentuin is precies eenmaal per jaar en noch Jellema noch Ekkers wonen en/of werken in de stad Groningen, maar in respectievelijk Leens en Zuidhorn.

naar boven


FRIES CLAIMT POSITIE VAN GRONINGSE STADSDICHTER

Groningen - De Friese dichter en bommelder Cornelis van der Wal meldt zichzelf aan als Stadsdichter van Groningen. Ook Wouter Godijn is in voor de functie. Andere dichters vinden collega Jean Pierre Rawie de aangewezen persoon, zo blijkt uit de nieuwsmail van Epibreren.
Voor Van der Wal is het een uitgemaakte zaak: "Ik vind dat ik de Groninger Stadsdichter moet worden. Ik ben geniaal en op alle anderen tegen omdat ze stout zijn." Godijn vindt het 'wel een geinig plan' van D66-fractievoorzitter Thomas van Dalen.
De democraat lanceerde onlangs het idee per 1 januari 2002 een Stadsdichter te benoemen, net zoals Nederland in Gerrit Komrij een Dichter des Vaderlands heeft. Bij belangrijke gebeurtenissen zou de stadspoëet een gedicht moeten schrijven. Van Dalen vindt dat de poëzie deze aandacht verdient.
"Veel organisaties proberen met wisselend succes de positie van poëzie in Groningen te versterken. Sinds enige jaren wordt om die reen op de nationale gedichtendag in onze stad een 24-uurs poëziemarathon georganiseerd. Het is een bloeiende kunstvorm, maar ook een kwetsbare", aldus de politicus.
In het kleine dichterswereldje gonst het van de speculaties. Op de longlist van Van Dalen zelf prijken de namen van Pier Boorsma, Maria van Daalen, Karel ten Haaf, Kees van der Hoef, J.J.A. Mooij, Ronald ohlsen, Jean Pierre Rawie, Albert Schaalma, Henk Scholte, Albertina Soepboer, Cor van der Wal, Driek van Wissen en Yur. Tsead Bruinja, Bart FM Droog en Tjitse Hofman kunnen afgevoerd. Zij zijn actief binnen Stichting Poëziemarathon en nauw aan het stadsdichtersplan verbonden.
Iemand die niet aan de kwalificaties voldoet is Daniël Dee, officiëel Huisdichter van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij kiest voor Karel ten Haaf: "Hij is goed verstaanbaar en recalcitrant genoeg om zowel gemeente als het volk wakker te schudden. Een schandaaltje hier en daar lijkt me leuk", zegt Dee. Een bekende dichter als Driek van Wissen zou hij niet willen. "Ik denk dat hij teveel naar zijn publiek toe zal gaan schrijven, zodat het te obligaat wordt."
(Groninger Dagblad, 18-7-2001)

naar boven


"ICH VERNÄHE DIE WELT MIT MEINEN KABELN"

Bei lauen Lüften lautete die "Lyriknacht" durch den Oldenburger Schlossgarten

Sie gehören zu den jungen Wilden der Literaturszene, zu Grenzgängern zwischen den Sparten: Die "Dichters uit Epibreren" (NL/D). Sie loten die Bild- und Klangqualitäten ihrer Lyrik bis hin zum reinen Tonwert des Wortes
aus.

Wie Sprache zurück zum Urlaut findet, erlebte ein durchweg junges Publikum bei Bart F. M. Droog (Groningen), Tjitse Hofman (Groningen) und Jan Klug (Aachen) in einer leicht lauen Nacht im Oldenburger Schlossgarten - auf Einladung des Oldenburger Literaturbüros. Eine Buche behütet die Bühne, ihre Blätter werfen blaue und rötliche Schatten auf den grünen, dicken Stamm.

Epibreren, das ist das Land der Müßiggänger, der Nichtstuer. Süßliche Schwaden durchziehen die Luft. Auf rhythmischen Patterns am Syntheziser schwebt das Saxophon durch die Bäume. "Mit diesem geschundenen Körper treiben Tag für Tag, und die Frau, an die ich mich erinnere, warst du nicht": ein Sommerbild, das der schmale Tjitse Hofman in wunderbar gebrochenem Deutsch entwirft, zeilenweise Niederländisch einstreuend.

Die Texte werden auf einer Diatafel dem Publikum zugänglich gemacht, in einer etwas hölzernen deutschen Übersetzung; eine Sprachqualität, die dem Sinn reizvoll spröde Ecken und Kanten verleiht. Das Niederländische hingegen säuselt sich weich schmeichelnd in die Ohren, und Tjitse Hofman gibt sich voll hinein, in die Bilder etwa von TV 2000: "Ich vernähe die Welt mit meinen Kabeln, schmelze zusammen und divergiere alles in meine Wahrheit, privatisiere die Öde und alles ist in Ordnung, wie es scheint" - spricht er in monotoner Höhe, die letzte Zeile aufhaltend, die Augen verdreht, die Hände hilflos spastisch verwrungen. Bart imitiert ihn gebrochen, kauernd am Rand der Minibühne.

Jan Klug ist der Zaubermeister der Töne, auf einer Minitastatur entwirft er Collagen, die den Raum für Interferenzen zwischen Wortlaut und Synthyklang öffnen. Bart F. M. Droog moduliert stärker, interpretiert kraftvoller, seine Texte sind alltagsorientierter, konkreter politisch. Von einer Reise in die Sowjetunion handelt einer, vorgetragen mit tiefer Stimme - Droog goes Waits: "Fahr ich am Unrecht vorbei, halte nur, um Krebs zu kriegen". Oder Kursk:
"Aus Maschinenkammer neun fischten Retter das Geschenk, das Wajinka noch für Irma machte." Der Text erzählt von der Tochter des toten Seemannes, die ihrem sterbenden Vater den Atem gibt. Dazu kreischt das ausziehbare Plastikdidgeridoo durch die Nacht, ihre späten Bewohner kreischen zurück.
(mig, TAZ Bremen (D), 19-7-2001)
noten: in deze prachtige recensie wordt het verkeerd geciteerde gedicht 'Wolf' van Droog Hofman in de mond gelegd. De correcte versies van de vertalingen zijn hier te lezen.
Wat de journalist(e) gelukkig niet men gemerkt heeft, is dat Droog bij dit optreden aan een hevige zomergriep leed.

naar boven


'IK MOET STADSDICHTER WORDEN'

Het plan om een stadsdichter aan te stellen op de volgende Gedichtendag, een idee van D66-gemeenteraadslid Thomas van Dalen, heeft de geesten van poëzieminnend Groningen al geprikkeld, zo meldde de Epibreren Nieuwsmail van 17 juli.

De Epibode, het periodiek van de Dichters uit Epibreren, gunde zich zelfs al een voorafje in de vorm van een steekproefachtig rondje langs de velden van 'speciale verslaggeefster' Liesbeth van Dalsum. Want wie komen er
eigenlijk wel en wie komen er niet in aanmerking voor deze prestigieuze baan voor telkens een jaar? Uiteraard liet ze de geestelijk vader aan het woord. Van Dalen meldde desgevraagd dat de dichters woonachtig binnen de gemeentegrenzen moesten zijn én minstens één officiële boekpublicatie op hun naam hebben. Dat leverde alvast een lijstje op met - om maar wat te noemen: Pier Boorsma, Maria van Daalen, Wouter Godijn, Karel ten Haaf, Kees van der Hoef (da's logisch), J.J.A. Mooij, Ronald Ohlsen, Jean Pierre Rawie (zie Van der Hoef), Albert Schaalma, Henk Scholte, Albertina Soepboer, Cornelis van der Wal, Driek van Wissen en Yur.
Omdat Tsead Bruinja, Bart FM Droog en Tjitse Hofman organiserende functies hebben binnen de Stichting Poëziemarathon Groningen en dus ook het Stadsdichtersplan, vallen zij buiten de boot. Dit om de tegenwoordig bij
commissarissen, captains of industry en politici zo populaire belangenverstrengeling te voorkomen.
Van Dalsum noteerde her en der ook al wat quotes. Wouter Godijn stond er niet onwelwillend tegenover en vond het "een wel geinig plan". De Friese poëet en bommelder Cor van der Wal ging nog een stapje verder: "Ik vind dat ik de Groninger stadsdichter moet worden. Dan heb ik wat te doen en ik ben ook nog geniaal. Ik ben op alle andere tegen omdat ze stout zijn."
Daniël Dee (de RuG-huisdichter voldoet niet aan de kwalificaties) zou voor Karel ten Haaf gaan: "Goed verstaanbaar en recalcitrant genoeg. Een schandaaltje hier en daar lijkt me wel leuk." Niet wilde hij Driek van Wissen. "Ik denk dat hij teveel naar zijn publiek toe zal gaan schrijven, zoals wel eerder gebeurd is, zodat het te obligaat wordt."
Daarbij meende Menno Wigman dat Jean Pierre Rawie het moet worden en vond Alfred Schaffer het vanuit Kaapstad - te ver weg - niet zinvol een stem uit te brengen.
Wordt ongetwijfeld vervolgd.
(Herman Sandman, Groninger Gezinsbode, 20-7-2001)

naar boven


COR VAN DER WAL WIL WEL STADSDICHTER WORDEN

GRONINGEN -De stad Groningen kan wel een officiële stadsdichter gebruiken. Dat vindt althans Thomas van Dalen, gemeenteraadslid voor D66. Volgens hem komen alle dichters die binnen de stadsgrenzen wonen en minstens één boek hebben gepubliceerd voor deze functie in aanmerking.
Dat betekent dat ook Friese, in Groningen wonende dichters als Pier Boorsma, Albertina Soepboer en Cornelis van der Wal in de race zouden zijn.
Deze actie is onmiddellijk geadopteerd door de Groninger dichtersgroep Dichters Uit Epibreren. In de e-mail-nieuwsbrief van deze groep citeert ene Liesbeth van Dalsum Van der Wal: "Ik vind dat ik de Groninger stadsdichter moet worden. Dan heb ik wat te doen en ik ben ook nog geniaal. Ik ben op alle anderen tegen omdat ze stout zijn."

Dit bericht werd, inclusief citaat, overgenomen door het Groninger Dagblad. Volgens Van der Wal zelf is een en ander nogal overdreven. "Dy Liesbeth van Dalsum bestiet einliks net iens. Sa helje ik sels de krante as ik der neat foar doch. Ik tink net dat ik it wurd, ik skriuw ommers yn it Frysk."
Maar als het een betaalde functie zou worden, wil Van der Wal, die ook enige bekendheid geniet als bommelder, zich wel aanpassen. "Dan soe'k wol yn it Nederlânsk skriuwe, ja. It Grinzers ken ik net, mar dat hearst hir yn de stêd ek net in protte. It liket my oars in leuke baan. Ik kin Grins ek goed, ik wenje hjir al tsien jier. Ik moat it no fan de bystân ha en dat is net genôch op it stuit. Ik moat oan de ein fan de moanne altiten wer âlde froutsjes berove."
Als stadsdichter zou hij bepaalde gebeurtenissen moeten "bijlichten". "Maxima komt aanst nei de stêd, net? Dêr soe’k wol in moai gedicht oer meitsje kinne. En ik wol ek wol de hoer úthingje en in oade skriuwe oan de boargemaster." Maar ook een alledaagser onderwerp als de Groninger kroegencultuur en het bij Friese dichters geliefde café Mulder zou hij niet schuwen. "Dêr bin 'k lêst wer útsetten, leau’k."
Het treft dat Van der Wal de laatste tijd met sonnetten in de weer is. "Sa docht Gerrit Komrij, Dichter des Vaderlands, it ek, no? It is in foarm dy’t de minsken begripe. Dat einrym ropt wol wat op. Ik wie earst in tsjinstanner fan einrym, mar dêr bin’k fan weromkommen."
Eigenlijk zou hij nog meer voelen voor een eventuele functie als Fries provinciedichter. "Dat is nochris in idee! Dat soe’k wol as duobaan dwaan wolle, mei Anne Feddema."
(Jacob Haagsma, Leeuwarder Courant, 20-7-2001)

naar boven



ZESTIG DICHTERS IN DE PRINSENTUIN

Groningen – Ruim zestig dichters treden volgende week vrijdag en zaterdag op in de Prinsentuin in de stad Groningen. Het is voor de vierde keer dat het festival 'Dichters in de Prinsentuin'gehouden wordt.
Het gros van de dichters komt uit het Noorden. Even hebben organisatoren Tjeerd Bruinja en Rense Sinkgraven overwogen om het festival dit jaar niet te organiseren, aangezien er aanvankelijk weinig nieuwe namen geboekt konden worden.
Op de open podia van de Schrijvervakschool (waaraan Sinkgraven verbonden is) werden echter toch nog jonge, interessante dichters gevonden. "Bijvoorbeeld Sjef Weller die veel met rap bezig is en Nicolette Leenstra uit Assen."
Verder doen aan het festival naast minder bekende namen, ook bekende Groninger dichters mee, als Bart FM Droog, Maria van Daalen, Wouter Godijn, Max Niematz, Willem Jan van Wijk en Albertina Soepboer.
(Bram Hulzebos, Nieuwsblad van het Noorden, 21-7-2001)

naar boven


MEANDER VERTEGENWOORDIGD OP PRINSENTUINFESTIVAL

Aan het poëziefestival dat op vrijdag 27 en zaterdag 28 juli plaatsvindt in de fraaie Groningse Prinsentuin neemt een breed dichtersveld deel. Een kleine greep: Maria van Daalen, Petra Else Jekel, Albertina Soepboer, Bart FM Droog, Tjitse Hofman. Op vrijdag geven ook Meander-redacteuren Milla van der Have en Edith de Gilde acte de présence. Alle informatie over het festival is te vinden op http://www.geocities.com/prinsentuin.
(Meander #147, 22-7-2001)

naar boven


LETTEREN

Groningen, Tuin Prinsenhof (Kreupelstraat 19): poëziefestival Dichters in de Prinsentuin, vrijdag en zaterdagmiddag met o.a. Maria van Daalen, Wouter Godijn, Karin Meester, Albertina Soepboer, Harry Zevenbergen, Bart FM Droog en Coen Peppelenbos.
(Volkskrant, 26-7-2001)

naar boven


BEELDSPRAAK

Dichters vervagen grenzen. Dit gebeurt er als je kunstenaars echt hun gang laat gaan. De woorden die je kende, zijn nooit meer dezelfde, nadat ze gestreeld, gestraft, bemind, gehaat, verstikt en tot leven gewekt zijn door beeld en geluid. Beeldspraak, met o.a. Serge van Duijnhoven en De Dichters uit Epibreren, grijpt je bij je trommelvliezen en kwakt je met open ogen in een stoel. Je gaat dichtkunst zien. En da's een heel mooi vooruitzicht voor de toekomst.
(Lowlands-special, De Volkskrant, 1-8-2001)

naar boven


KOKEN ALS PODIUMKUNST OP LOWLANDS

Er is altijd belangstelling genoeg voor de voorstellingen. Dat geldt ook voor het literatuurprogramma. Willem van Zeeland, in het dagelijks leven programmaeur van het Utrechtse popcentrum Tivoli, kiest vooral voor schrijvers met een "popspirit". 'Ik boek ze nadrukkelijk op performance, dat vind ik belangrijker dan of ze net een boek uit hebben of dat ze de AKO-prijs hebben gewonnen.'
Hij constateert dan ook een bloei van jonge literatoren voor wie het podium een net zo geschikt platform is als de schrijftafel - en er is een jong publiek voor, zoals blijkt uit de succesvolle tournees die van Zeeland vanuit Tivoli voor dit soort schrijvers organiseert. Naast de sterk op de performance gerichte, Groninger dichtersgroep Dichters uit Epibreren draaien daar en op Lowlands ook striptekenaars als Barbara Stok en de scheppers van het komische duo Fokke en Sukke in mee. 'Die lezen voor, of doen het uit hun hoofd, terwijl hun tekeningen geprojecteerd worden. Dat blijkt erg goed te werken.'.
(Jacob Haagsma, Leeuwarder Courant, 24-8-2001)

naar boven


SIMON VINKENOOG KOMT NAAR MOLEN 8

ZEVENBERGEN - De Stichting Vrienden van Molen Fleur houdt vrijdag 14 september in samenspraak met de Stichting Kunstmanifestatie West-Brabant en dichter Rijn Vogelaar een literaire Molen 8: een molennacht met acht voordragende dichters.

Dichter en prozaschrijver Simon Vinkenoog opent de avond en aansluitend verzorgen de dichters diverse korte optredens in, op en rond Molen Fleur. Bezoekers worden al 'lopend' door de molen getrakteerd op de dichtkunst.
De deelnemende dichters zijn: Rijn Vogelaar (auteur van de dichtbundel 'De euforie van wankel evenwicht' en winnaar van de publieksprijs grand finale poëzieslag 2001), Erik Jan Hermans (winnaar grand finale poëzieslag 2001), Sven Ariaans (winnaar grand finale poëzieslag 2000), Bart Droog en Tjitse Hofman (maken deel uit van de dichters van Epibreren uit Groningen een internationaal bekend dichtersgezelschap met verscheidene tv-optredens), Joz Knoop (bekend Jozzonettendichter uit Rotterdam), Tjitske Jansen (winnares 2e prijs grand finale poëzieslag 2001), Herman J. van den Bold (finalist grand finale poëzieslag 2001).

Voordat Vinkenoog 's avonds het spits afbijt, wordt om 17.00 uur een begin gemaakt met de 24-uurs draaimarathon. Johan Bos en Patricia Witkamp willen bij voldoende wind een vol etmaal draaien en worden 's nachts bijgestaan
door een aantal vrijwillige molenaars uit het oosten van Brabant. Zaterdag 15 september kan publiek de gehele dag een bezoekje aan de molen brengen.

De kaartverkoop begint op 1 september en de entreeprijs bedraagt f 20 voor donateurs en f 25 voor niet-donateurs. Er is maar een beperkt aantal kaarten beschikbaar. De Molen 8 begint op 14 september om 20.30 uur. Voor meer informatie: 06-28679919. Ook kan informatie bekeken worden op de website van de Stichting Kunstmanifestatie West-Brabant; http://www.KunstMWB.nl.
(BN/DeStem van 29-08-2001)

naar boven


DICHTER AAN HUIS GAAT NIEUWE TIJDEN TEGEMOET

"We hadden wel gedacht dat het zou lukken, maar niet meer dit jaar", zegt Ferry Simonis, organisator van Dichter aan Huis. Het qua karakter zeer Haagse, maar een nationaal publiek trekkende literatuurevenement vindt dit jaar toch gewoon doorgang.
Een negatief subsidie-advies van de Raad voor Cultuur had het einde kunnen betekenen van dit beproefde huiskamerfestival, maar werd het niet. Na een intensieve lobby en een goodwill-campagne van de dichters zelf besloot
staatssecretaris R. van der Ploeg het advies niet over te nemen.
Ferry Simonis: "Ik wist dat wij sterk stonden omdat het advies van de Raad op aantoonbaar onjuiste argumenten berustte. Dichter aan Huis is geen lokaal festival, zoals de Raad beweerde. Een groot deel van het publiek komt overal uit het land. Dat had ik zwart-op-wit. Verder was het argument dat er te weinig allochtonen onder de bezoekers waren ook weinig overtuigend, want iedereen weet dat de taal een probleem is voor deze groepen. Bij een Nederlands literair festival kun je dan niet opeens gaan eisen, dat er veel buitenlanders komen".
In het laatste weekeind van september (29 en 30) vindt er een nieuwe aflevering van Dichter aan Huis plaats. "Het is zelfs zo", zegt Simonis, "dat de publiciteit ons goed heeft gedaan. Wij kwamen in een slachtofferrol die veel sympathie wekte bij de dichters zelf. Ik heb nog nooit zo weinig 'nee's' gehad. Iedereen wilde meewerken, vaak zelfs zonder dat zij van tevoren het honorarium kenden. Nog nooit hebben wij zo'n mooi evenwichtig programma gehad tussen oude en jonge dichters".
Dichter aan Huis gaat dit jaar door, omdat zowel de gemeente Den Haag als het rijk over de brug zijn gekomen. Literair Paspoort, het internationale broertje van Dichter aan Huis, zal volgend jaar hoogst waarschijnlijk ook in de een of andere vorm doorgang vinden. Ferry Simonis probeert een optreden van Argentijnse dichters te bewerkstelligen in Paleis Noordeinde. "Het thuis van Maxima, niet waar!" De openstelling van het paleis voor het publiek is al langer in discussie en de cultureel organisator probeert daar gebruik van te maken.
Typisch Haags, dat zeker. "Maar de valkuil is dat 'typisch Haags' niet hetzelfde betekent als 'alleen voor Den Haag'. Ik denk dat je nergens anders dan hier iets kunt organiseren, waarbij de mensen thuis komen bij gasthuizen. Organiseer iets in Amsterdam en alles vindt op straat plaats, in Den Haag is het achter de gordijnen".
Simonis heeft plannen om de Dichter aan Huis-formule in Zuid-Afrika uit te proberen, mogelijk in samenwerking met een ander typisch Haags literatuurfestival: Winternachten. De eerste contacten zijn er. Voorlopig staat eerst de nieuwe aflevering van Dichter aan Huis in de hofstad voor de deur. Het programma vermeldt naast vertrouwde gasten als Gerrit Kouwenaar, Remco Campert, Anton Korteweg, Simon Vinkenoog, Eva Gerlach en Fleur Bourgonje ook verrassingen, zoals voormalig staatssecretaris Aad Nuis (dus toch een dichter!) en Jan Wolkers (Simonis: "Eigenlijk nemen wij nooit debutanten maar voor Wolkers wilden wij graag een keer een uitzondering maken".) Ook is er plaats voor jong en naammakend talent: o.a. Hagar Peeters, Ayatollah Musa, Bart FM Droog en Serge van Duijnhoven. (Meer informatie www.dichteraanhuis.nl of 070/3465786).
(Jan-Hendrik Bakker, Haagsche Courant, 29-8-2001)

naar boven


OTOK KNJIZEVNOSTI BEZ POLITICARA

Krk - Poseban akusticka dozivljaj pruzio je i nastup nizozemskog glazbenika Jana Kluga, koji se "proslavio" kao izumiyelj novog glazbenog instrumenta pod nazivom "patofon". Radi se o nekoj vrsti roga, nalik onim aboridzinskim, koji proizvodi sasuim specificnu boju zvuka.
(Novi List (Kroatië), 30-8-2001)
[is een van de vijf landelijke kranten aldaar, citaat komt uit recensie openingsmanifestatie Pontes Festival - wat er staat is ons echter een raadsel, behalve dat het over Jan Klug gaat]

naar boven


EEN EIGEN GELUID

In Groningen vond in oktober 1999 een Vasalis-memorialdag plaats, een jaar na haar overlijden; een dertigtal dichters droeg het complete oeuvre van deze grootmoeder van de Nederlandse poëzie voor, iedere deelnemer met twee of drie gedichten. Hoewel Vasalis een zeer eigen geluid heeft voor wie haar leest, gebeurde er tijdens de voordrachten iets merkwaardigs vanachter het spreekgestoelte. Het leek erop alsof de dichters zich haar werk begonnen toe te eigenen, alsof niet Vasalis, maar zijzelf haar gedichten hadden geschreven. De gedichten begonnen op hun eigen werk te lijken. Ieder met zijn eigen specifieke kenmerken. De lokale bekendheid wist er een soort tussen-de-schuifdeuren-gedicht van te maken, compleet met Sinterklaasrijm en visuele hulpstukken: 'Dit is een touw, sprak de Dood', en ja hoor, daar haalde hij al een touw vanachter zijn rug te voorschijn. Jean Pierre Rawie en Driek van Wissen maakten er keurige, jambische gedichten met eindrijm van - sonnetten dacht je onwillekeurig. Bij Rutger Kopland transformeerden de gedichten van Vasalis tot lichte overpeinzingen en ogenschijnlijk kleine gebeurtenissen. En de Dichters uit Epibreren wisten ze tot een meezinger en een bombastisch gedicht om te toveren, vol effectbejag. Toch, was Vasalis zelf aanwezig geweest met een voordracht, dan had ze er een waar Vasalis-gedicht van weten te maken.; van welke dichter ze ook werk had voorgedragen. 'Dat klinkt allemaal wel leuk en aardig op het podium,' mompelde dichter Arjan Witte achter in de zaal, met een fijn gevoel voor statement: 'maar ik vraag me toch af wat er van overblijft als je het terugleest.'
(Ruben van Gogh, Passionate sept/okt 2001, 1-9-2001)

naar boven


TIJDSCHRIFT KRAKATAU

(...) Fraai is het artikel van Eddy van der Linden gewijd aan Johnny van Doorn. Duidelijk wordt aangetoond dat Johnny in 1966 al behoorlijk controversieel bezig was:

Zijn met grote borsten behepte
Duitse vriendin wordt tijdens
Een banaal carnavalsfestijn
Door een fanartiek NeoNazi
Met een vitriool gevuld
waterpistool onder de
Rokken geschoten


Een goed verhaal over een randverschijnsel, immers Van Doorn distantieerde zich later van deze gedichten [?] en schreef mooie romans, trad op in 'Herenleed' enzovoorts. Naast deze uitschieter zijn er de brokkelige poëzie van Dee en de matte verzen van Bart FM Droog. Jannah Loontjes levert doorwrochte regels af met veel zeggingskracht en ook het gedicht 'In vuur' van oudgediende Karel Wasch mag er zijn. Al met al toch te weinig vuurwerk voor zo'n explosief ogend blad. Misschien dat de wisseling der redactie de zaak verbetert.
Krakatau nr. 9, zomer 2001, fl. 5,00 los, Abt. fl 25,00
(Werner Tholen, Opspraak, jaargang 77, nummer 17, zomer 2001)

naar boven


SCHRIJVEN ALS AMBACHT

Schrijven als ambacht. Dat is het thema van de tweede Noordelijke Schrijfdag die aanstaande zaterdag in de Schrijversschool aan de Oliemuldersweg 51 wordt gehouden. Eén op de vijftien Nederlanders schrijft uit liefhebberij, weet men bij de Schrijversschool.
Zij vormen de doelgroep, zowel van de school als van de Noordelijke Schrijfdag. Dat verklaart het programma boordevol workshops en lezingen, waar de pennen naar behoefte geslepen kunnen worden. Daarnaast zijn er optredens van Meindert Talma en de Dichters uit Epibreren. De dag wordt om twee uur geopend met een lezing door de landelijk bekende schrijfster Vonne van der Meer.
(Groninger Gezinsbode, 5-9-2001)
noot: het correcte adres van de Schrijversschool is natuurlijk Oliemulderstraat 51, in plaats van Oliemuldersweg 51.

naar boven


GRONINGER DICHTERS BOOS OP WETHOUDER

Groningen - De Groninger dichtscene zou boos zijn op de cultuurwethouder Wicher Pattje (PvdA) omdat hij het voorstel van raadslid Thomas van Dalen (D66) om een stadsdichter aan te stellen niet overneemt. In plaats daarvan wil de wethouder af en toe uitnodigen een gedicht te schrijven. Onduidelijk is hoeveel dichters boos zijn. De dichter die het persbericht verstuurde, Bart FM Droog, kon vanmorgen geen toelichting geven. Vaststaat dat morgen, tijdens de Noordelijke Schrijfdag aan de Oliemuldersstraat, handtekeningen worden verzameld van dichters om te protesteren tegen de 'dwaasheid van onze geliefde wethouder'.
(Nieuwsblad v/h Noorden, 7-9-2001)
noot: Droog zat bereikbaar in Bremen (D), maar is niet om toelichting gevraagd. Op 8-9-2001 bleken 14 dichters expliciet een officiële stadsdichter te eisen. In hoeverre zij boos waren blijft natuurlijk de vraag.

naar boven


POËZIEMANIFESTATIE 'ZIN VAN BERHEZE'

LOOSBROEK - De Bernhezer Kunstkring houdt 21 september een grote poëziemanifestatie in cultureel centrum De Wis in Loosbroek. Tijdens 'De Zin van Bernheze 2' staan er tal van bekende dichters op de planken zoals J.P. Rawie, Epibreren, Albertina Soepboer. Maar meer regionale bekendheden als Henk Wittenberg, Ferhat Çoban, Vera Klaassen, Mathieu Bosch en Jack van Hoek staan op het programma.

M. Bosch van de Bernhezer Kunstkring (BKK) is trots dat 'De Zin van Bernheze 2' weer boordevol talent zit. "Het is nu de tweede keer dat we deze manifestiatie houden. De bezoekers kunnen tussen acht en twaalf uur in de grote zaal tal van dichters bezig zien. Er zijn drie zalen in De Wis. In de andere zalen zijn kraampjes van onder meer uitgevers en de bibliotheek. Daar is ook een bar voor koffie of een drankje." Omdat de organisatie ook literaire gezelschappen uit Eindhoven en Tilburg verwacht, wil ze speciaal voor belangstellenden uit Bernheze toch ook voldoende kaartjes beschikbaar houden. "Die gezelschappen is natuurlijk aardig. Dat komt ook omdat we landelijk bekende dichters in huis hebben. Maar voor mensen uit de regio moet er toch ook voldoende plaats zijn", zegt Bosch. (...)
(Brabants Dagblad, 8-9-2001)

naar boven


GRONINGER DICHTERS IN ACTIE

In het Groninger dichterswereldje zijn de uitlatingen van wethouder Pattje over de instelling van een stadsdichter hard aangekomen. De wethouder van cultuur voelt weinig voor de benoeming van eeen stadsdichter voor Groningen. Er zouden te weinig dichters in de stad rondlopen van voldoende signatuur om de jaarlijkse benoeming haalbaar te maken. Bovendien zou de verkiezing van de stadsdichter door de Groninger bevolking niet kunnen slagen omdat kandidaat-dichters bij de bevolking onvoldoende bekendheid genieten. De dichters, onder leiding van de niet onbekende Groninger Bart FM Droog, voelen zich beledigd door de wethouder. In zijn online verschijnende krant Rottend Staal herinnert Droog de wethouder aan het bestaan alhier van populaire dichters als Kees van der Hoef, Driek van Wissen, Jean Pierre Rawie, Albertina Soepboer, Cornelis van der Wal ("en vele anderen"). Droog noemt het een "blamage" dat Pattje blijkbaar niets afweet van de volgens velen bloeiende dichtscène in de stad. Een groep Groninger dichters heeft de Noordelijke Schrijversdag van afgelopen zaterdag aangegrepen om een handtekeningenactie te beginnen. Alle poëzieschrijvers in de stad worden opgeroepen hun naam te zetten onder de strijdkreet 'Groningse dichters voor een officiële stadsdichter'. Volgens Droog is de instelling een briljant idee waar Groningen vanwege de publiciteit veel baat bij heeft. Nu maar hopen dat wethouder Pattje onder druk van de handtekeningen van de Groninger dichters tot hetzelfde inzicht komt.
(Groninger Gezinsbode, 12-9-2001 [voorpagina])

naar boven


COMMISSIE VAN KENNERS WIJST STADSDICHTER AAN

Groningen - Groningen krijgt alsnog een bloedeigen stadsdichter. Het college van B en W wil een commissie van deskundigen in de benen helpen, die telkens voor een periode van twee jaar een stadsdichter aanstelt.
De stadsdichter is een initiatief van D66-raadslid Thomas van Dalen. Als een echte totaal-democraat stelde hij voor een dichter door de bevolking te laten kiezen. Wethouder W. Pattje van cultuur zag hier weinig in. Hij vreesde dat er te veel Groninger dichters zijn die, hoe bekwaam ook, onvoldoende publieke bekendheid genieten om een reële kans te maken. Dat zou dus bij een publieke verkiezing de ene keer Jean Pierre Rawie, dan weer Driek van Wissen, vervolgens weer Jean Pierre Rawie, enzovoort.
De verwerping van Van Dalens idee kwam Pattje te staan op boze reacties uit de lokale dichterswereld. "Toen ik terugkwam van een bezoek aan Berlijn begreep ik uit de krant dat ik ruzie had met de dichters", zei de wethouder
vanmorgen. Hij heeft nu een idee gelanceerd: de verkiezing van een stadsdichter overlaten aan een selectie van kenners.
Bovendien wil hij dat dichters die willen meedingen zich laten inschrijven voor de procedure. Toen Rutger Kopland door het publiek werd gekozen tot Dichter des Vaderlands, bedankte hij vriendelijk. Waarna Gerrit Komrij zijn kans greep. Pattje vindt het niet wenselijk een kunstenaar in de positie van 'second best' te manoeuvreren.
De in te stellen commissie publiceert straks een uitnodiging aan dichters in de stad. Daarna wordt op basis van ingestuurd werk een benoeming voorbereid.
(Nieuwsblad van het Noorden, 12-9-2001)
Noot: dit bericht ontlokte Janita Monna, landelijk coördinator van de Gedichtendag bij Poetry International deze opmerking bij des wethouders woorden: "Gerrit Komrij 'greep niet zijn kans' en was ook geen 'second best'. Hij liep een nek-aan-nek met Rutger Kopland, en Poetry heeft hem, toen Kopland bedankte, eerst gevraagd of hij ervoor voelde."

naar boven


ZIT GRONINGEN TE WACHTEN OP EEN STADSDICHTER?

Eigenlijk vindt cultuurwethouder Wicher Pattje het aanstellen van een stadsdichter niet nodig. "Te weinig bekende dichters in Groningen", luidde zijn argument. En dat was natuurlijk een schop tegen het zere been van de lokale dichters. Een protestactie was het gevolg en Pattje bond in. een commissie van wijze lieden buigt zich nu over de nieuwe onbezoldigde functie van Groninger stadsdichter. Stadsforum vraagt zich af of Groningen wel op een stadsdichter zit te wachten.

De meest optredende dichter uit Groningen heet BART FM DROOG. Hij is groot voorstander van het aanstellen van een stadsdichter en daarvoor heeft hij twee redenen. "De eerste is een platte, namelijk dat een stadsdichter een geweldige landelijke publiciteit genereert, omdat stadsdichters in Nederland gewoonweg nog nergens bestaan. Dat zou de stad miljoenen guldens per jaar schelen, miljoenen die ze anders uitgeven aan promotiecampagnes. In de tweede plaats is het goed om op die manier de literatuur dichter bij de mensen te brengen. In Engeland hebben fabrieken, voetbalclubs en steden allemaal een huisdichter en de Engelsen vinden het prachtig."

KAREL TEN HAAF, dichter, filosoof en Trotskist, vindt het fenomeen stadsdichter een "merkwaardig iets, maar ik zou het graag worden."
"Het moet iemand zijn die tegen dingen schopt en geen brave neuzelaar is.Wat hij moet doen? Nou, ik denk net als de Dichter des Vaderlands gedichten schrijven over belangrijke gebeurtenissen. Bijvoorbeeld over het bezoek van Willem Alexander en Máxima aan de stad Groningen. Nee, daar weet ik zo even niets op te verzinnen."

Uitgever ANTON SCHEEPSTRA van uitgeverij Passage heeft een aantal Groninger dichters in zijn fonds en denkt dat Groningen een stadsdichter juist heel goed kan gebruiken: "Groningen is een poëtische stad of beter: het zit midden in het proces om daartoe uit te groeien. Een stadsdichter zou dan een mooie kroon zijn. Het is de cultuurwethouder te verwijten dat hij niet op de hoogte is van het talent dat in Groningen rondloopt. Enkele dichters die ik uitgeef genieten wel degelijk landelijke bekendheid!"

Dichteres ALBERTINA SOEPBOER: "Dit is de voicemail van Albertina Soepboer."

Coördinator vande Groninger Schrijversschool RENSE SINKGRAVEN denkt dat het hoog tijd wordt om wethouder Wicher Pattje uit te nodigen voor de wekelijkse Word Slam-avonden: "Als Pattje zich zo beledigend uitlaat ten opzichte van de Groninger dichtersscene kun je er zeker van zijn dat hij niet weet wat er in Groningen allemaal gebeurt. Een stadsdichter is toch een geweldig idee? Het poëzieklimaat bloeit hier, waarom zou je dat niet voeden?"

De initiatiefnemer tot het plan een stadsdichter aan te stellen komt van het D66-raadslid én dichter THOMAS VAN DALEN: "Jazeker moet er één komen. Ik weet zeker dat na verloop van tijd de Stadjers het prachtig vinden. Het initiatief heeft het in zich om door een groot deel van de bevolking te worden gedragen. Er is volgens mij ook wel genoeg inspiratie uit de lokale geschiedenis te halen om een mooi gedicht te maken. En bovendien worden de dichters in de stad Groningen nog bekender, dat is toch mooi?"

KAREL TEN HAAF weer: "Ik heb het gedicht af. De titel is:

KONINKLIJK BEZOEK VINDT GEEN DOORGANG

denkend aan máxima
ziet kroonprins w.a.
met een broekrok aan kun je goed zwaaien
maar minder goed iets anders doen
leve de republiek
hoera, hoera, hoera

De zojuist aangestelde huisdichter van de Rijksuniversiteit GERTJAN LAAN ziet een stadsdichter wel zitten: "Volgens mij is het wel belangrijk om de bewoners van de stad bij de regionale poëzie te betrekken, en dat kan mooi met zo'n dichter. En zoiets kan niet afhangen van de status van zo'n dichter. Het ene jaar een gevestigde naam, het andere een jong talent, dat lijkt me wel een goede mix.".

Gevestigde dichter DRIEK VAN WISSEN: "Over deze kwestie heb ik gisteren terloops even nagedacht. Ik geloof dat de stad Groningen veel te beperkt is om daar enkele flitsende sonnetten over te schrijven. Dan ligt er weer een tegeltje scheef of gebeurt er weer wat anders onbenulligs. U mag mij schrappen van het lijstje kanshebbers, dank u wel."

MARIA VAN DAALEN, dichteres en liefhebster van puintuinen vindt het een "goed idee", zo'n stadsdichter. "Je ziet het in landen als Italië. Daar wordt bij politieke zaken ook dichters naar hun mening gevraagd, omdat ze het morele geweten vertegenwoordigen van een samenleving." Zelf hoeft ze het niet te worden, want het stadsdichterschap lijkt haar voorwaar geen sinecure. "Kijk naar Gerrit Komrij, de Dichter des Vaderlands. Die bakt er bij vlagen helemaal niks van. Maar ja, hij is een cynicus. En op zo'n positie moet je iemand zijn die een stem geeft aan degenen die geen stem hebben."
"Wie ik zou voordragen? Ik zou een vrouw willen. Albertina Soepboer."

ALBERTINA SOEPBOER weer gebeld. Maar daar weerklinkt nogmaals haar female voice op de voicemail. Niks stems der stemlozen; stempost. Dit is 2001

(Remco in 't Hoff, Nieuwsblad van het Noorden, 13-9-2001).

naar boven


DEMONSTRANTEN KRIJGEN HUN ZIN: TOCH STADSDICHTER

Groningen - Of de commotie over de vermeende weerzin van wethouder Wicher Pattje een rol heeft gespeeld durft niemand te zeggen. Maar zowel D66-raadslid Thomas van Dalen als dichter Bart FM Droog is uitermate tevreden met de serieuze aanzet tot de instelling van een stadsdichter. Dat de dichter van de Martinistad niet door het volk zal worden gekozen, nemen ze op de koop toe.

Van Dalen denkt dat het 'krachtige signaal' van de Groninger dichtersscene zeker van invloed is geweest.uit de gelederen van Stichting Poëziemarathon Groningen ontstond vorige week een handtekeningenactie tegen Pattje, nadat was uitgelekt dat de wethouder niet van een stadsdichter geporteerd zou zijn. De waarschuwing van zijn voorlichter dat dit protest 'voorbarig' was, kon Bart FM Droog niet van zijn handtekeningactie weerhouden. "We hebben zestien handtekeningen verzameld. Je kunt zeggen dat het niet veel lijkt, maar de gemeente gaat nu toch met het idee van een stadsdichter aan de slag", constateert Droog.

B en W gaan over tot de instelling van een stadsdichter, maar wijzen een verkiezing af. De stad zou te weinig bekende dichters herbergen om zo'n verkiezing door het volk tot een succes te maken. Het college vraagt zich verder af of de uitverkoren poëten wel als officiële Groninger stadsdichter wensen op te treden. Dat zou allen maar tot frustraties leiden. Pattje stelt voor een deskundige jury een kandidaat te laten voordragen.

Dichters kunnen hun materiaal insturen en de kenners maken een keuze. De benoeming van de stadsdichter is geldig voor een periode van twee jaar. Het plan moet samen met de deskundigen nader worden uitgewerkt.

Thomas van Dalen, de indiener van het initiatief, is in zijn nopjes met deze uitkomst. "Heel dichtend en poëzieminnend Groningen kan dat eveneens zijn." Het D66-raadslid legt zich erbij neer dat de bevolking geen stem krijgt in de keuze.

"We krijgen nu de gelegenheid de bekendheid van dichters te vergroten. Misschien zit een verkiezing er later wel in." Van Dalen vindt dat er straks ook 'gewone Stadjers' in de jury moeten zitten.
(Alfred Meester, Groninger Dagblad, 14-9-2001)

naar boven


GRONINGEN KRIJGT EERSTE STADSDICHTER VAN NEDERLAND

GRONINGEN - Groningen krijgt de eerste stadsdichter van Nederland. De stadsdichter moet, naar Brits voorbeeld, bij belangrijke gebeurtenissen, een passend gedicht schrijven. Hij wordt om de twee jaar gekozen door een deskundige jury.
Initiatiefnemer en D66-gemeenteraadslid T. van Dalen is blij en trots op deze primeur. "De stadsdichter moet de poëzie uit de elitaire hoek halen.'' Van Dalen hoopt dat de stadsdichter later door alle Groningers wordt gekozen en niet alleen door een kleine commissie.
Volgens de Groningse dichter Bart FM Droog is er genoeg talent in de stad om jaren mee vooruit te kunnen. "Elke dichter wil deze functie wel hebben," meent Droog. De eerste stadsdichter wordt op de nationale poëziedag op 31 januari gekozen. Nederland heeft als een 'dichter des vaderlands', Gerrit Komrij. (ANP)
NRC Handelsblad, Nederlands Dagblad en de regionale kranten, 15-9-2001

naar boven


KRAKATAU - DE NIEUWE POËZIE

KRAKATAU (nrs. 7 en 8; Bas Jungeriusstraat 200c, 3081 VP Rotterdam, voorkrakatau@hotmail.com is na jaren rust aan het front met Passionate en Tortuca nu al het derde tijdschrift uit de wereldhavenstad, die geeneens een letterenfaculteit bezit, doch dit jaar wel tot (gedeeld) culturele hoofdstad van Europa uitgeroepen is. Na Amsterdam, Groningen en Utrecht doet ook Rotterdam dus weer mee, van de grote steden blijft alleen Den Haag dus duidelijk achter. Het lijkt vooral het blad van een nieuwe dichtersgeneratie; met proza heeft het niet zoveel. Eddy van der Linden stelt dat de nieuwe poëzie structureel ontzettend toegankelijk is. Hij heeft het over een soort gevoels- en/of ervaringslyriek. "Erg vernieuwend is dit natuurlijk allemaal niet, maar voor een jong publiek is deze vorm van poëzie wel uitermate aantrekkelijk", meent hij in zijn redactionele inleiding bij nummer acht. Ik denk dat in een tijd waarin de cryptische Ouwens nog de VSB-prijs kan krijgen, het geranonkel van Hamelink nog geregeld bekroond wordt en de hermiet Gerrit Kouwenaar nog steeds onze Nobelprijskandidaat is, dat wel degelijk vernieuwend en vooral bevrijdend is. De nieuwe garde is gewikkeld in een richtingenstrijd of generatieconflict, maar heeft blijkbaar al wel Bernlef en Komrij aan haar zijde. Het is de strijd tussen surrealisme en symbolisme enerzijds en (neo-)realisme anderzijds, tussen complexiteit als waarde op zichzelf en directheid, tussen verlate navolgers van de Vijftigers en die van De Stijl en/of de Nieuwe Stijl. Het lijkt vooral ook een strijd tussen Amsterdam, waar weinig vernieuwends meer vandaan komt, en Groningen, Utrecht en nu dus ook Rotterdam. Kortom tussen de ingeslapen grachtengordel en de rest van het land. Het kan geen toeval zijn dat in Krakatau juist aandacht besteed wordt aan K. Schippers en I.K. Bonset. "Recensenten waren blijkbaar vooral getraind om geheimschriften te kunnen ontcijferen", merkt Van der Linden op. Deze "deskundigen", die meenden als noodzakelijke intermediairs te moeten optreden, zijn vooral bij podiumpoëzie overbodig, voeg ik daaraan toe. Vandaar het verzet; de nieuwe poëzie spreekt voor zich. Moderne jongeren als Tsead Bruinja en Peter Holvoet-Hanssen lijken daarnaast ook erg woordrijk te zijn. Ik bedoel dit niet als een eufemisme voor breedsprakig. Zij willen namelijk ook inhoudelijk wat zeggen en zien de poëzie als instrument om een levensgevoel door te geven, en dus niet slechts als vorm. Alleen Bart FM Droog is soms wat kariger met zijn woorden en Daniël Dee staat ietwat apart. Gezien de gemiddelde leeftijden lijkt de uitkomst van de strijd tussen de open en de gesloten poëzie wel duidelijk: conservatieven als Pfeijffer c.s. voeren een achterhoedegevecht.
(Karel ter Voorde, Schoon Schip 2001/3, Vlaams-Nederlands Literair/Cultureel Tijdschrift, september 2001).

naar boven



TWEE DICHTERS UIT HET NOORDEN: DE DICHTERS UIT EPIBREREN

Met de publicaties van de dichtbundels Deze dagen (Bart FM Droog, in 1998) en TV 2000 (Tjitse Hofman, in 1999) kun je nu wel stellen dat De Dichters uit Epibreren echt zijn doorgebroken hoewel ze al enige jaren naamsbekendheid genieten. Niet alleen in de contreien rondom het Waddenzeegebied maar ook daarbuiten, vanwege hun optredens op diverse festivals in Nederland, België, Engeland, Duitsland en Portugal.
Hun voordrachten zijn nogal ongewoon, en niet zoals bij de meeste dichters het geval is, die uit hun werk lezen met een boekje in hun hand. De Dichters uit Epibreren lezen uit hun hoofd voor, op een theatrale en spectaculaire wijze, waarbij het magisch-realisme (een overtrokken gevoelsbelevenis of gevoelsuitbarsting m.b.t. de werkelijkheid) en absurdisme niet geschuwd worden. Dit effect wordt nog eens versterkt doordat Jan Klug hun poëzie begeleidt met diverse instrumenten en daaruit allerlei verrassende, vreemde en rare geluiden te voorschijnt trekt, die het geheel een bijzonder a-realistische en soms een wat dramatische uitstraling geeft.
Hun optreden in Vera, in Groningen, dat ik op 19 november 1999 bijwoonde met een 200 koppen tellend publiek, bewees nog eens hoe dit trio een glansrijke invulling weet te geven aan het produceren en declameren van hun Nederlandse teksten. Het wordt dus tijd om naar de gedichten zelf te kijken. Hoe komen de gedichten over, in een dichtbundel?
Opvallend aan de gedichten van Bart FM Droog is dat ze nogal absurdistisch en vervreemdend zijn, met een humoristische en soms ironische ondertoon. 'Leg het oor aan deze grafgrond/waar verstomde stemmen/stenen woorden zuchten' (uit: Passendaele); 'De jungle is dik en vet/bladerdek en ziekte/de rijstvelden overvloedig/en de drank goedkoop' (uit: Ons Indië); 'Voor me de schedel van grootvader/van koperen hersendak voorzien/met uitsparing voor sigaretten/hij grijnst al veertig jaar' (uit: Stilleven). Maar toch vind je ook gevoelige regels in zijn soms wat lichtelijk barok en robuust taalgebruik: 'Het arme joch/vuil de mond/versleten/de kleren/bedelt om/lege fles' (uit: Noordstation Boekarest, 1990) en dan het leuke en lieflijke gedicht, getiteld Lotte: 'En dan was er Lotte/we kusten en vreeën/aan de oever..'
In de bundel van Tjitse Hofman kom je veel maatschappij-kritische gedichten tegen maar ook hele eenvoudige, gewone en gevoelige regels: 'Ik lig in bed/jij zit/aan het voeteneind' (uit: Dat was dat); 'Hij heeft een ballon/en zwaait/met zijn hand//Dáág knaapje//Dáág.' (uit: Kreukelzone).Typerend lijkt mij toch de manier waarop hij tegen allerlei dingen en mensen aankijkt en de manier waarop hij observeert: 'Ze zitten achter gevels/in mistige vertrekken/ze zitten achter vensters/beslagen achter glas' (uit: Terraria); 'Dram de donderse/boel aan de kant/laat een hels/orgasme stromen/door kanalen' (uit: Onkruid).
De Dichters uit Epibreren hebben in de moderne Nederlandse poëzie duidelijk een eigen stem temidden van die van hun generatiegenoten, die niet voortborduren op de traditie maar een eigen, persoonlijke invulling geven aan hun gevoelens, ervaringen en zelfs frustraties en ongenoegens over deze tijd. Ze vullen een leegte op en geven uitdrukking aan het tekort, onvermogen of de gebreken die voelbaar zijn in alles wat het maatschappelijk leven aangaat. Het leven van de dag, en nacht.
(Hannie Rouweler, Schoon Schip 2001/3, september 2001)

naar boven


DICHTER AAN HUIS

"Bart FM Droog, het hardere type dichter op huiskamersterkte" - onderschrift bij foto die Nico Schouten van Bart FM droog nam, tijdens Dichter aan huis 2001.
(Haagsche Courant, 2001)

naar boven


EVENEMENTEN

Den Haag - Straatpoëziefestival. Dak- en thuisloze dichters en bekendere schrijvers dragen vandaag gedichten, verhalen en raps voor op het derde Nationale Straatpoëziefestival in Den Haag. Met onder anderen de Dichters uit Epibreren, Marjan Berk, Moustafa Stitou en enkele schrijversgroepen. Korzo Theater, Prinestraat 42, donderdag 19.00 uur.
(Volkskrant, 4-10-2001)


naar boven



GEKANKER

Dichters zijn vaak elkaars vrienden. Ik ken geen enkele kwaadaardige of jaloerse dichter (behalve Bart FM Droog, maar dat is geen dichter). (...) Dichters behandelen elkaar als lotgenoten en dat zijn ze ook. Vooral bij optredens in de provincie. Het komt bijna nooit voor dat je als dichter gevraagd wordt in je eentje een avondvullend programma te verzorgen, dus meestal ben je in het gezelschap van een aantal andere dichters die er net zo weinig zin in hebben als jij om op zaterdagavond in de Openbare Bibliotheek van Almelo te zijn. Verdere verbroedering vindt plaats door
gezamenlijk gekanker op de organisatie. Dat gaat bijna altijd over het geringe aantal consumptiebonnen. Maar soms heeft de organisatie het in haar hoofd gehaald om de optredens van de dichters te omlijsten met drie keer een halfuur cajun-muziek- "Als iemand jou zou vragen," zei Mustafa Stitou, "om voor vijfhonderd guilden op zaterdagavond in Almelo anderhalf uur naar cajun-muziek te luisteren, zou jij dat dan doen?"
(Ilja Leonard Pfeijffer, Trouw, 12-10-2001)


naar boven


HINTEN DAS LEBEN, VORNE DER TOD
- uit een recensie van 'norway.today', het theaterstuk dat in oktober en november 2001 in het Junges theater te Bremen liep en waarbij Jan Klug de muziek verzorgde-

(..) Und plötzlich ist man im Eis. Dick eingemummelt in Mantel und Stirnband, bepackt mit Disc-man, Ghettoblaster, Skiern und Zelt stapfen Julie und August auf dem Weg zum Abgrund durch die norwegisch-bremische Güterbahnhof-Schneelandschaft, äußerst atmosphärisch eingehüllt in Bühnennebelschwaden, stimmungsvoll beleuchtet und mit den wunderbar melancholischen Klängen des Musikers Jan H. Klug unterlegt. Wow. Solche spannungsvollen, intensiven Momente gelingen Regisseur Carsten Werner und seinen beiden Darstellern Denis Fischer und Andrea Liebezeit zwar nicht immer, aber immer wieder. (...)
(Bodil Elstner, TAZ, 15-10-2001)


naar boven


DICHTERS UIT EPIBREREN GEVEN ZICHZELF EEN PRIJS

De Dichters uit Epibreren weten hoe ze het aan moeten pakken voor de uitreiking van de Rottend Staal Cultuur Award, gisteravond in café De Minnaar in Groningen.

Groningen - De Rottend Staal Cultuur Award wordt sinds 1995 uitgereikt aan personen die zich hebben ingezet voor de verspreiding van het Groninger Cultuurgoed, binnen en buiten de grenzen van ons land. Eddy Huizing, alias zanger Speedy van Jammah Tammah won hem de eerste keer, en twee jaar geleden was het zanger Henk Scholte van Törf.

Ditmaal was er met recht sprake van een longlist: maar liefst negentig genomineerden. Allen dichters die in het verleden nieuw werk bijdroegen aan de poëzie-site van Rottend Staal. Daarnaast nog een paar oude bekenden, onder wie Marnix van St. Aldegonde, vermeend schrijver van hewt Wilhelmus en de grote afwezige van de avond.

Bart FM Droog klimt om negen uur op een barkruk en speecht namens de jury, waarin ook Jan Klug en Tjitse Hofman. Dan is er het grote moment. "Na diepgaand beraad heeft de jury besloten de Rottend Staal Cultuur Award uit te reiken aan: De Dichters uit Epibreren: Jan Klug, Tjitse Hofman en Bart FM Droog, vanwege hun nu al zeveneneenhalfjarige carrière, die hen voerde van de toppen van de Kaukusus tot ijzige vlakten in Schotland, en van Kroatië tot Noordpolderzijl. Waarbij ze steevast het lokale publiek kennis lieten maken met het smeuïge melange van het Groninger Cultuurgoed."

Het kleine publiek van ingewijden - ofwel: genomineerden - lacht. Er worden zelfs handen geschud. Maar we zijn bij de neus genomen.

Droog, even later: "Het hele prijzencircus is verziekt. Mensen zitten in jury's en delen elkaar prijzen uit. Vic van der Reijt van Nijgh & Van Ditmar stelde laatst nog een prijs in en gaf hem aan zijn eigen auteur Theodor Holman. Zo zit het echt in elkaar de laatste tijd. We geven deze prijs aan onszelf om dit [prijzencircus] bespottelijk te maken"
(Reinier Spreen, Nieuwsblad van het Noorden, 16-10-2001)

naar boven



DE KICK VAN DE DICHTER

Weinigen zullen weten dat Groningen inmiddels ook een literaire prijs rijk is. Het is de Rottend Staal Cultuur Award, ingesteld in 1995 en jaarlijks toegekend aan 'hem of haar die zich opvallend heeft ingezet voor de verspreiding en verbreding van de cultuur, toegespitst op het poëtische', staat in het reglement. Maandagavond viel de eer te beurt aan de dichters van Epibreren: het trio Bart FM droog, Tjitse Hofman en Jan Klug.


Het gebeurde allemaal in café De Minnaar, een populair etablissement in het literaire wereldje van de stad. Een merendeels jeugdig publiek (dichters, werd mij uitgelegd) was er samengestroomd. Opgeschoten jongeren, wars van glitter en glamour, die hangend over een pilsje in spanning afwachtten wat komen ging.
De voorzitter van de jury meldde, dat voor de prijs van dit jaar vijftig [was negentig] dichters waren genomineerd en dat onder hen de keuze was gevallen op de Dichters uit Epibreren. Er was wat gemor onder de aanwezigen over het feit, dat de jury was samengesteld uit juist deze Dichters. Maar al spoedig ging men over tot de orde van de dag. Dat was de viering van het twintigjarig jubileum van Bart FM Droog, waarvan de jubilaris zelf het startsein gaf met een: "de eerste ronde is voor mijn rekening!"
We moesten het allemaal luchtig opnemen, stelde de dichter ons gerust, de prijstoekenning was een parodie op de verworden praktijk van literatuurprijzen in Nederland. Maar het jubileum was echt en vervulde hem met de nodige trots, gaf Bart FM Droog te kennen. Wat jij in die twintig jaar heeft bereikt? "Ik heb heel veel ervaring opgedaan, ik kan elk publiek stil krijgen. Duizend mensen stil krijgen met één of twee gedichten, dat is de grootste kick die er is."
Bart FM Droog weet waarover hij spreekt.Als beginnend podiumdichter stond hij in het voorprogramma van punkbands, voor een publiek van allesbehalve poëzieliefhebbers. Maar ook voor gevangenen trad hij op. "Alleen kinderen", zegt hij bedachtzaam, "die zijn moeilijk, dat is het moeilijkste publiek." Het is mijn eerste ontmoeting met de bejubelde Groninger dichter en ik merk op, dat het eerbetoon Bart FM Droog nog niet naar het hoofd is gestegen. Trekkend aan een jointje, een glaasje wijn onder handbereik, wil hij best het een en ander uit de doeken doen over zijn dichtersbestaan. Zijn buitenlandse reizen, zijn podiumoptredens, ze hebben hem veel gebracht, stelt hij innig tevreden vast.
"Ik heb op de steiger gewerkt en in vele fabrieken, nu kan ik rondkomen van mijn poëzie. Ik ben niet eens afhankelijk van beursen of subsidies."
Er zijn nogal wat dichters met meer aanzien in de bekrompen Nederlandse literaire wereld, die dat niet kunnen zeggen, weet hij. In ons land krijgt zijn werk zelden een serieuze beoordeling van de recensenten. Dit in tegenstelling tot hun buitenlandse collega's, die, aldus Bart FM Droog, veel minder moeite hebben met de onconventionele presenatie van zijn gedichten. Maar naar eeuwige roem taalt hij niet. De toekomst ziet hij al voor zich: doorgaan tot hij erbij neervalt. En over twintig jaar: "Jongen, dan ben ik dood!"
(Bert Hidding, Groninger Gezinsbode, 17-10-2001)

naar boven


VERHUISBERICHT

De laatste tijd vragen zoveel mensen me waarom ik nou nóg niet in Amsterdam woon, dat ik soms bang ben dat ze me kwijt willen. Ik moet ze teleurstellen: er is geen haar op mijn hoofd die er aan denkt om mijn geboortestad te verlaten. Daar zijn allerlei praktische redenen voor, maar ook een aantal artistieke. Dit is een prachtige tijd om dichter in Utrecht te zijn: zo'n beetje alle literatoren hier zijn goede collega's en zo gaan ze ook met elkaar om. In Amsterdam schijnen de verhoudingen tussen auteurs tamelijk binair te zijn: volgens mijn Mokumse contacten kunnen schrijvers elkaars bloed wel drinken óf ze lebberen champagne uit de pumps van hun wederzijdse minnaressen. Beide opties zijn mij te weinig hygiënisch. Afreizen naar Leiden, een kleinere versie van Utrecht, is echter ook niet zonder gevaren, want daar loop je gerede kans om mijn collega Ilja Pfeijffer tegen het lijf te lopen. Op zichzelf is dat alleen maar leuk, want Pfeijffer is een
beminnelijk mens. Ik heb hem de afgelopen maanden een paar keer overgehaald om te komen spreken in Utrecht en elke keer was ik blij dat hij er was. Sinds kort ventileert hij zijn literaire opinie in een column in Trouw, en misschien had hij dat beter niet kunnen doen. Op 12 oktober jongstleden legde hij het verschil tussen schrijvers en dichters als volgt uit: 'De meeste schrijvers kunnen elkaar wel schoppen. Zij klitten bijeen in dezelfde cafés, meestal in Café De Zwart op het Spui in Amsterdam, om kwaad over elkaar te spreken. Hun ogen staan scheef van de afgunst en jaloezie. (.)
Dichters zijn vaak elkaars vrienden. Ik ken geen enkele kwaadaardige of jaloerse dichter (behalve Bart FM Droog, maar dat is geen dichter).'
Wellicht is de roem Pfeijffer naar het hoofd gestegen, maar ik vrees zowel de gemiddelde Trouw-lezer als de stamgast van De Zwart zich zal afvragen wie híj eigenlijk is. Wie dat niet doet, zal in ieder geval razend benieuwd zijn wie Bart FM Droog wel mag zijn, waarom hij kwaadaardig of jaloers is, waarom hij wel of geen dichter is en wat dat er eigenlijk toe doet. Persoonlijk denk ik dat de meeste lezers van mijn columns niet weten wie ik ben en wat ik zoal uitvoer. Voor een goed begrip van mijn stukjes moet dat ook niet nodig zijn. Ilja Pfeijffer kletst na deze wonderlijke steek onder water echter vrolijk verder over verkoopcijfers en andere zaken, alsof hij een gesprek over het hoofd van een dreinende kleuter voortzet. Hier is blijkbaar een rekening vereffend, maar welke? Misschien moet ik hier, voor wie nog niet van verveling in slaap is gevallen, maar even uitleggen hoe het allemaal zit. Ilja Pfeijffer is behalve een tamelijk hermetisch dichter ook literair essayist. Hij staat bekend om knap geformuleerde, maar vrij smalende opinies over de poëzie van jonge, vaak toegankelijk schrijvende dichters die het ook goed doen op een podium. De meeste aangesproken dichters nemen hem dat niet in dank af, zeker niet omdat Pfeijffer zijn mening net zo vrolijk negentig tot honderdtachtig graden draait als dat even beter uitkomt. Niet iedereen is even geamuseerd door zulk kameleontisch gedrag. De Groningse dichter Bart FM Droog - een belangrijk dichter, performer en organisator, die dagelijks bergen verzet om de poëzie van honderden dichters onder de aandacht te brengen - heeft zelfs een soort anti-Pfeijffer-pagina op Internet opgericht. Ilja is daar blijkbaar zo door geraakt, dat hij voor het gemak maar even in de krant bepaalt wie er wel dichter is en wie niet. Alsof het beslechten van persoonlijke ruzietjes voor een beginnende columnist niet de meest armetierige manier om de kolommen vol te krijgen, alsof een dichter enig recht heeft om een collega voor niet-dichter uit te maken, alsof iemand dit iets zou moeten interesseren terwijl de wereld om ons heen in brand staat.

Nou, daarom verhuis ik dus niet naar Amsterdam en ook niet naar Groningen en al helemáál niet naar Leiden.
(Ingmar Heytze, Utrechts Nieuwsblad, 18-10-2001)


naar boven


OGEN DICHT EN NOOIT MEER DENKEN
Een interview met Bart FM Droog door Mowaffk Al-Sawad

Hoe is je poëtische experiment begonnen? Wat is de belangrijkste gedachte erachter, en vanuit welke visie is deze voortgekomen?
Ik betwijfel of ik vaste gedachten over mijn werk heb. Het belangrijkste is: creëren en maar zien wat het oplevert.
Zonder twijfel leven we in een wereld waarin de chaos in al haar facetten overheerst; de chaos op het economische vlak, op het politieke vlak, op het maatschappelijke en theoretische vlak. Mijn vraag is deze: heb jij geprobeerd om in deze chaos die nu heerst ordening aan te brengen door middel van je schrijven?
Als ik mijn laatste twee bundels doorblader zie ik dat ik enige ordening in de chaos van mijn eigen bestaan en wat daaraan vooraf ging aanbreng door juist de elementen eruit te lichten die ik als belangrijk ervaar - zonder daarbij een statement te willen maken.
Velen van ons weten dat de poëzie (van alle verschillende literaire genres) de nauwste relatie heeft met wat de verschillende volkeren hebben verricht, zowel op het vlak van de beschaving als op het theoretische vlak. Vind je niet dat onze samenlevingen van vandaag gescheiden leven van deze grote prestaties? En wat zijn volgens jou de omstandigheden die hiertoe geleid hebben?
Nee, ik zie althans binnen de Nederlandse optie, grote raakvlakken met wat het Nederlandse 'volk' in het verleden heeft verricht of heeft bezig gehouden. Met name de strijd tegen het water en de daaraan gepaard gaande fijken en polders komen in veel gedichten terug. Enige waardevolle theorieën heeft men in dit land nooit ontwikkeld, wellicht vanwege de pragmatische kruideniersgeest die hier al zeker 500 jaar heerst.
Op welk punt is het Nederlandse gedicht aangekomen? Beschouw je het experiment van de Nederlandse dichter Gorter als een experiment van een voorloper, in het bouwen van de techniek van de expressieve taal? Heeft het Nederlandse gedicht een poëtische samensmelting gerealiseerd met de wereldliteratuur?
Ik heb geen idee waar het Nederlandse gedicht is aangekomen. Herman Gorter zie ik alleen als een van de duizenden dichters die me voorgingen en aan zijn werk hecht ik geen bijzondere waarde. Het experiment van de expressieve taal beleefde zijn hoogtepunt in het werk van de Vlaamse dichter Paul van Ostaijen (1896-1928). Hij deed dat zo goed dat alle verdere pogingen in deze richtingen zwakke aftreksels blijven.
In hoeverre het 'Nederlandse gedicht' een samensmelting heeft weten te realiseren met de wereldliteratuur is een vraag waar ik geen antwoord op kan geven: ik weet het niet. Wel dat veel gedichten in vertaling verschijnen. Maar in hoeverre vertaalde bundels in het buitenland verkopen blijft de vraag.
Er zijn diverse factoren die je helpen bij het scheppen van een poëtisch klimaat zoals de taal en haar voortdurende ontwikkeling, het openstaan voor experimenten van anderen, de nieuwe generaties die in een nieuwe geest schrijven. Is de kritiek ook zo'n factor die deelneemt aan het vervolmaken van de hele 'scene'? Is er een evenwicht tussen de kritiek en de poëtische productie?
Het peil van de poëziekritiek in dit land is doorgaans zo laag dat ik de gemiddelde poëziekritiek niet serieus kan nemen, enkele gunstige uitzonderingen daargelaten.
De gemiddelde poëzierecensent is corrupt, vooringenomen, lui en vooral gehinderd door een totale desinteresse in wat buiten zijn/haar eigen straatje valt.
Waar sta je op dit moment, na de prestatie van je twee verzamelingen gedichten? Voel je je doordrongen in de geest van de poëzie? Heb je gepresteerd wat er in je omging? Heb je verwezen naar nieuwe werelden waar de Nederlandse poëzie nog niet eerder voet aan wal gezet heeft?
Ik voel me, ook na de laatste bundel, alsof ik in mijn commandobunker te Epibreren sta, bezig nieuwe offensieven te plannen en tegelijkertijd de verdediging van het tot dusverre bereikte te leiden.
Ik geloof niet dat ik doordrongen ben van de geest van de poëzie - weet niet wat dat is - en of ik verwezen heb naar nieuwe werelden? Enerzijds wel: sommige gedichten zijn geinspireerd op reizen naar streken als de Kaukasus, de Balkan en de Russische velden, waar weinig andere Nederlandse dichters eerder bivakkeerden. En sommige gedichten spelen zich af opde oppervlakten van planeten die nog te ontdekken zijn. Maar of ik daarmee echt vernieuwend bezig ben betwijfel ik.
Ben je beïnvloed door een dichter als basis vanwaar uit je bent begonnen?
Van de dichters die me beinvloed hebben noem ik tien: Jules Deelder, M. Vasalis, Bart Chabot, Jan Campert, Diana Ozon, Bertholt Brecht, Shane MacGowan, Tjitse Hofman, Menno Wigman, Gust Gils. Vanwege uiterst diverse redenen.
Als we ons even verwijderen van de poëzie - is Bart een kind dat droomt van de geest der dingen?
Bart FM Droog is een grote kleuter die droomt van waterijsjes en een zorgeloos bestaan.
Wat betekent de dood voor jou? Ben je daar bijvoorbeeld bang voor? Verlang je naar de wereld van de dood, in zoverre als het een onbekende wereld is? Heb je daar wel eens over geschreven?
De dood, de dood. Lijkt me heerlijk: 'ogen dicht en nooit meer denken'. Eindelijk rust. Als ik geen rooms-katholiek zou zijn had ik me al lang geleden uit dit aardse bestaan teruggetrokken voort een eeuwig verblijf in dat grote niets.
Het 'ogen dicht en nooit meer denken' komt uit een vroeg gedicht van mijn hand.
Wanneer voel je je wanhopig? Hoe bevrijd je jezelf daarvan?
Ik bevrijd me uit de ellende door me elke avond te verdoven met een liter rode wijn, een halve gram hash en - indien de ellende echt te groot wordt - de nodige pijnstillers. De wanhoop ervaar ik dagelijks, zeker bij het verwerken van mijn post. Mensen zijn toch zo onnozel, dom en vooral hardleers, ik word er niet vrolijk van.
Bart, heb je wel gelezen over de Arabische literatuur? Hoe is je voorstelling daarvan?
Ken helaas te weinig van de Arabische literatuur om me er een echt goede voorstelling van te maken. Zover ik me herinneren kan heb ik maar een, naar het Engels vertaald Arabisch boek gelezen. Het was het relaas van een Arabisch diplomaat die ontvoerd werd door de Vikingen en als gevangene naar het barbaarse Scandinavië gevoerd werd, een goede duizend jaar geleden. Verder heb ik wat fragmenten gelwezen uit Arabische historische werken uit de tijd van de kruistochten. echt up-to-date ben ik dus niet op dit gebied.
Wel lijkt het me fantastisch om een Arabisch schrijver te zijn, waar je met een taal een gebied van vele duizenden kilometers lengte en breedte bestrijkt. Alleen weer zo jammer dat de vrijheid van meningsuiting in de meeste Arabische landen ver te zoeken is.
De culturele erfenis daarentegen die elk Arabisch schrijver met zich meedraagt is uniek: te vaak wordt hier in het westen vergeten dat onze culturele roots niet in Amerika liggen, maar via de Egyptische, Griekse, Romeinse en Arabische wereld aan ons zijn doorgegeven uit Mesopotamië.
Tenslotte: ik hoop dat ik geslaagd ben in wat ik je aan vragen heb voorgelegd.
Mowaffk Al-Sawad, Al-Beet Al-Iraakie #20, oktober 2001 (tweemaandelijks tijdschrift voor de Irakese gemeenschap, gepubliceerd door de 'Landelijke Vereniging Het Irakese Huis'

naar boven



POESIA 'PERFORMANCE' NO FESTIVAL FALADURA

(...) E, finalmente, mais um grupo holandês: os Poets from Epibreren, que já participaram na primeira edição do FalaDura. desta vez viajarão apenas os dois poetas do grupo - Bart FM Droog e Tjitse Hofman -, mais o terceiro elemento, Jan Klug, estará presente através de um video e de uma banda sonora. O termo "epibreren", que o nome do grupo transformou em topónimo, foi inventado pelo escritor Simon Carmiggelt, em cuja obra é um equivalente da expressão "não fazer nada".
(Luis Miguel Queirós, O Comércio do Porto, 1-11-2001)


naar boven


FESTIVAL DE PALAVRAS DITAS

A partir de hoje e até domingo decorre em vários espaços do Porto a segunda edição do Festival de Palavras Ditas. O evento leva à invicta nomes como Lydia Lunch, António Fontinha e Josemari Carrere. Poderá ainda rever "Poets from Epibreren" ou descrobrir "Poets Don't Dance", de Serge Duijnhoven. Do programa musical destaque para Anadeus e COPO.
(24 Horas, 1-11-2001)

naar boven


DE DIEPGANG VAN DE STRAAT: VAN DOPE EN SNEEUWKLOKJES, TOT HOOP EN ASTRALE PROJECTIE

Wie bij straatpoëzie denkt alleen gedichten te lezen over verslavingen, het leven op straat en misères van andere aard, vergist zich behoorlijk. Poëzie van dak- en thuislozengaat over allerhande gebeurtenissen uit het leven en heeft diepgang. Dat bewezen de ruim dertig dak- en thuislozen op 4 oktober tijdens het jaarlijkse Nationaal Straatpoëziefestival in Den Haag.

(...) Het festival begon al vroeg in de middag. In de kleedkamers van het theater kregen de 'straatdichters', in besloten krinf, een workshop van gevestigde dichter/performers uit het land. In groepen van zeven man en een enkele vrouw werd nog wat geschaafd en geschrapt. De een had wel twee multomappen vol met gedichten en de ander weer een verfomfaaid notitieblokje. Ervaringen werden uitgewisseld en nieuwe inspiraties voor een gedicht ontsproten uit de hoofden en kwamen op papier.

De 29-jarige thuisloze Lesley uit Utrecht liet weten dat hij toch wel erg zenuwachtig is. "Vorig jaar was ik ook erg nerveus, ik kan me niets meer herinneren van het moment dat ik op het podium stond." De anderen in de groep vulden hem aan. Ook voor hun is optreden namelijk geen alledaagse bezigheid. de Rotterdamse straatdichter Leo probeerde zijn collega-dichters moed in te spreken: "Het publiek komt toch voor ons, dus waar zouden we ons druk over maken."

Workshopleider Bart FM Droog, een professioneel dichter, greep in en gaf de thuis- en daklozen wat tips. "Vaak helpt het publiek mee aan een gedicht. Je moet je toehoorders er ook bij betrekken. Gebruikje handen, kijk de mensen aan, articuleer en let op je gezichtsuitdrukkingen. Oefen desnoods hardop alsof je al publiek hebt." Leo: "Ja, dag, ik zie de mensen al denken, hebbie weer zo'n gek die in z'n eige praat."

Het Nationaal Straatpoëziefestival is dit jaar voor de vierde maal georganiseerd door initiatiefnemer Het Projectenbureau, in samenwerking met Haags Straatnieuws en het GKS Den Haag. De opzet van het evenement is dat andere mensen buiten het dak- en thuislozencircuit kennis kunnen maken met de verscheidenheid aan dichters uit deze randgroep.(...)
(Sabina Toetenel, Straatnieuws [Utrecht], November 2001)


ERA UMA VEZ
Faladura terminou domingo com Josemari Carrere e Poets from Epibreren

(...) Completamente diferente, embora com muito humor, foi a performance dos poets from Epibreren. este duo holandès mistura o som, a imagem e a teatralizaçáo à suas poesias. Um festival que começou pouco feliz acabou, por isso, em grande forma. (...)
(Luísa Marinho, O Comércio do Porto, 6-11-2001)

naar boven


WAT IS ER VANDAAG TE BELEVEN?

In het Kunstencentrum aan de Oliemulderstraat vindt iedere maand een 'Word Slam' plaats, met optredens van diverse dichters en rappers. De bedoeling van zo'n avond is dat het publiek kan bepalen welke deelnemer als beste uit de bus rolt. Aanvang 20.30 uur. De presentatie is ook deze keer in handen van de Groninger dichter Bart Droog.
(Groninger Dagblad, 6-11-2001, met foto van Droog en Groninger luchten)

naar boven


MEINDERT TALMA'S COLUMN

In december 2000 vonden in de studio van Frans Hagenaars te Weesp de eerste opnames plaats van 'Leave Stumper', de vierde langspeler van Meindert Talma & The Negroes. 18 Oktober jongstleden ging ik met drie DAT-bandjes naar Brussel, voor de mastering. Dat heeft dus nogal even geduurd. Maar het resultaat mag er dan ook zijn. Met mijn nieuwe synthesizer kon ik voor het eerst alle partijen bedenken en opslaan die ik in mijn hoofd had bij een liedje.
En Negroes Janke, Janpier, en Nyk (inmiddels ex-Negroe) spelen beter dan ooit. Op een harder nummer als 'Waarm Bad' kan ik nu zelfs meespringen in mijn woonkamer! Het is ook een plaat waar veel gastmuzikanten aan meegedaan hebben. Een enorme verrijking van de muziek. Joke Corporaal speelt viool in 'Brânmerk'. Tigran Mansour is in maar liefst zes nummers met zijn mooie heldere trompetgeluid aanwezig. André Dodde blies vanwege grote tijdsdruk om acht uur 's ochtends bij Jan Klug een prachtige mondharppartij in op 'Rock&rollsexmuziek' En dezelfde Jan Klug excelleert in vijf nummers op de fluit, saxofoon en pathafoon en is bovendien een hele mooie Duitse voetbalstem in 'Rummenige'. Een nieuw aspect op deze plaat. Het gesproken woord. Alicia Ziff, die in de auto van de Brandsjes zo vaak haar tekst had geoefend, dat ze in 1 take en formidabel getimed op 'Rummenige' een hete vrouwenstem infleemde en fluisterde. Andries Nieuwenhuis, de bekende Surhuisterveense fiets- en schaatsspeaker, die zich zo inleefde bij 'De Renner', dat hij zo uit zijn blote hoofd een verhaal van zes minuten afstak, waarvan we helaas maar een klein gedeelte konden gebruiken. (...)
Over mijn teksten ga ik het niet hebben, alleen dat er zeven Nederlandse, vier Friese en één Groningstalig instrumentaal nummer(s) op de cd staan. En dat er in twee teksten de Veraclub wordt genoemd (daar ben ik de afgelopen jaren toch wel vaak geweest besef ik), zodat het niet meer dan normaal is dat we de cd in Vera gaan presenteren. Dat hebben we bij de drie vorige cd-presentaties tenslotte ook al gedaan. We gaan alle nummers van 'Leave Stumper' spelen. Met onze nieuwe geweldige drummer Ben Onderstijn, en met enkele gastmuzikanten/sprekers die ook aan de plaat hebben meegewerkt. (...)
(Meindert Talma, Vera Krant #20, 7-11-2001)

naar boven



TAALTHEATERNACHT IN EMMEN VOL WEEMOED EN VERLANGEN

Weemoed en verlangen. Dat is het thema van de TaalTheaterNacht die zaterdag plaatsvindt in theater De Muzeval te Emmen. Schrijvers en dichters proberen met hun verhalen, gedichten en liederen deze gevoelens bij de bezoekers op te roepen. Lévi Weemoedt zal tijdens de opening zijn naam eer aan doen, en zo de nacht op toepasselijke wijze openen. Maar ook Jean Pierre Rawie, Willem Jan Otten, Marga Kool, Jan Boerstoel, Cherry Duyns, Hagar Peeters en Jean-Paul Franssens laten hun melancholieke gevoelens de vrije loop.
De avond wordt gepresenteerd door twee Dichters uit Epibreren: Bart FM Droog en Tjitse Hofman. Zij praten de melancholieke avond aan elkaar. Weemoed en verlangen mag dan het algemene thema zijn, de uitgenodigde dichters en schrijvers gaan wel op geheel ewigen wijze met dit onderwerp om.
(Groninger Dagblad, 8-11-2001; een dag eerder stond identiek stukje in de Drentse Courant)

naar boven


ER WORDT TE VEEL GEWAUWELD

[uit een interview met Andy Fierens, writer in residence bij het Literatuurfestival de Wintertuin 2001]

(...) "In het begin dacht ik echt dat ik het verkeerd deed hoor. Ik was zo energiek op het podium. Terwijl de rest altijd achter zo'n katheder kroop en zijn gedichten prevelde. En dan heb ik het ook over zogenaamde 'grote namen', zenuwpezen die flink wat subsidie opstrijken om achter een microfoon te staan bibberen. Wauwelaars noem ik ze. Een belediging voor het publiek en voor het vak. Maar goed, ik dacht wél dat het zo hoorde. Terwijl er natuurlijk geen vaste regels zijn. Ge moet een eigen stijl ontwikkelen. Voor mij spelen intensiteit en communicatie met het publiek daarbij een belangrijke rol. Bij andere dichters zag ik dat niet zo vaak.""

Totdat Fierens ging kijken bij de Groningse Dichters uit Epibreren. "Ik had nog nooit van ze gehoord. Ze traden op in De Kaaijman in Antwerpen. En daar gebeuren meestal leuke dingen. Er kan met gemak vijfhonderd man in die zaal.
En er waren, de pianist en de barman niet meegerekend, precies zes mensen aanwezig. Maar ik heb genoten, die mannen speelden met zoveel overtuiging. Dát vind ik je publiek serieus nemen. Onder alle omstandighedem het bestevan jezelf geven."

"Door het optreden van Epibreren voelde ik me opgelucht. Qua uitgangspunten was het heel herkenbaar. Dat zag ik kort daarna ook bij mensen als Eva Cox en Didi de Paris. Het is verfrissend om hen op een podium in actie te zien.
Puike voordrachten geven ze. Weet ge, er wordt veel te veel gewauweld tegenwoordig. Er zijn ook te veel dichters die altijd over dezelfde onderwerpen melken: liefde, verdriet, dat soort dingen. Terwijl het leven toch veel breder is dan dat." Fierens schrijft onder andere over roddels en kannibalisme. Hij schreef bijvoorbeeld:

ik ben een vreselijk man
heb levens verwoest, pacten
gekraakt, gewurgd, versmacht
gelijk een wrange pees die
zich laaft tot ze wordt geknipt
doen mijn leugens ezels balken
ik dien gestraft, raak me aan
waar het schuurt, takel haken
door mijn vel tot het oog
menknijpt en spuwt,
verscheur mij
ik zal mij leren!

In september organiseerde hij de eerste Belgische Poetry Slam, een wedstrijd voor dichters. Fierens: "Zoiets als een poetry slam hadden we in België helemaal niet. Maar de zaal zat de eerste keer stampvol. Studio Brussel was aanwezig en Radio 1 wijdde er een item aan, dit was wat nieuws. Ik heb gehoord dat ze in Brussel en Brugge ook slams aan het organiseren zijn. Dat vind ik goed, ik hoop dat er nog meer zullen komen en dat er een scene ontstaat die een paar interessante dichters zal voortbrengen."

Sinds 1999 werkt Fierens samen met contrabassist Nicolas Rombouts. "Ik vind wel dat dat wat toevoegt aan een performance. Maar we werken altijd vanuit de tekst. En als je daar geen goede muziek bij kunt vinden, dan maar niet."

Rombouts werkt ook samen met Fierens in de Wintertuin waar Fierens Writer in residence is. "Ja, dat is nogal een groot woord he? Het komt erop neer dat ik iedere dag iets doe, een reportage of een perfomance, interviews. En ik sta op de Johnny van Doornavond in de schouwburg van Arnhem. Dit is het derde jaar dat ik meedoe aan de Wintertuin. Kennelijk beval ik wel."
(Rieke Veurink, De Gelderlander, 9-11-2001)

naar boven


NIEUWS UIT DICHTERSLAND

Tjitse Hofman gaat een gedicht schrijven voor de koppermaandagprent van de Koninklijke Grafische Bedrijven Groningen, die op 7 januari 2002 gepresenteerd wordt. Op de editie 20032 van de jaarlijkse drukkersfeestdag is - voor wie dat wil - ook het koppermaandaggedicht van Bart FM Droog te lezen en wel in Meulenhoffs Poëziekalender 2002 van Hans Warren.
Daniël Dee presenteert op het literatuurfestival De Wintertuin (Utrecht [= Arnhem/Nijmegen], 16 tot en met 25 november) de bloemlezing Vanuit de lucht, met werk van dichters vanaf 1971 en later. De bundel bevat ondermeer geschriften van Tjitse Hofman, Hagar Peeters, Alfred Schaffer, Kasper Peters en Willem Groenewegen. Het boek vol verzen verschijnt 18 november bij Uitgeverij Passage. Het Fonds voor de Letteren kende Bart FM Droog een aanvullend honorarium van 5600 gulden toe voor zijn bundel Benzine (Passage, Groningen, 2000).
(Groninger Gezinsbode, 9-11-2001)

naar boven


DICHTTIMMEREN AAN DE WEG
Sorry Amsterdam, het gebeurt elders

In de jongste editie van het Rotterdams literaire tijdschrift 'Passionate' staat een aardig staaltje van voltooid verleden tijd. met betrekking tot de jongste poëziegeschiedenis. De dichteres Ilse Starkenburg spreekt over 1987, een jaar dat Amsterdam nog over een spraakmakend literair klimaat scheen te beschikken: '[Ik ben] vanaf dat moment gaan toewerken naar een eerste dichtbundel. Daarvoor moest ik af en toe naar Amsterdam, en ik kwam er al snel achter dat 'het' toen daar gebeurde. Dat is een van de redenen waarom ik uit Groningen vertrokken ben.' Ik heb helaas niet kunnen teruglezen wat ze daar dan had aangetroffen. Wat 'het' was.

Had ze nog een aantal jaren gewacht, dan had ze het poëtisch reveil van Groningen meegemaakt; of was dan tenminste naar Utrecht verhuisd - zowel in Groningen als in Utrecht werden vanaf het begin van de jaren negentig de eerste tekenen hoorbaar van een generatie dichters die het podium actief opzocht en ook vond. In Groningen formeerde zij zich tot het dichterscollectief TRIADE, met een mix van theaterpoëzie en gymnastische aspecten, en De Dichters uit Epibreren, die op welluidende wijze voordracht met muziek combineerden, Utrecht werd de uitvalsbasis van de Garagedichters, die vol bravoure voordroegen. Zij hadden gemeen dat zij niet schroomden op te treden op merkwaardige plaatsen en voor merkwaardige gezelschappen, en waren te vinden in lege en volle kerken, dito garages, gevangenissen en jeugdhonken.
Vanaf de tweede helft van de jaren negentig maakten uit deze gelederen ikzelf, Bart FM Droog, Tjitse Hofman en Ingmar Heytze hun debuut. Daarnaast zorgden Droog in Groningen en Heytze in Utrecht voor podia waar ook diverse bekende en aanstormende dichters van buiten de twee steden regelmatig konden optreden: het Poëziecircus op wisselende locaties in Utrecht en Nachtspraak in muziekcafé Koekkoek [1995-2000] te Groningen. Het waren beide programma's die het simpelweg voorlezen in hoge en geslaagde mate ontstegen. Er ontstond een gevoel van: 'verrek zo kan het ook' bij de dichters en publiek.
Amsterdam mocht nog één keer meedoen: in een tijd dat ook de Nederlandse pers langzaamaan begon te ontdekken dat er iets borrelde in Groningen en Utrecht, vond daar in 1997 het festival Double Talk, rap & poetry plaats. Een zogeheten cross-over festival, waarbij dichters naast rappers, en met hetzelfde gemak en succes, hun teksten door de microfoon de zaal in lieten stromen. Dat is een zeer belangrijke gebeurtenis geweest voor de beeldvorming van poëzie in de pers en bij het grote publiek. De lifestyle-journalisten ontdekten de hippe kant van poëzie: jonge dichters die met succes optraden voor jonge mensen. Het gonsde nu niet alleen meer in een aantal steden in de provincie, maar ook in kranten en glossy tijdschriften. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er vanaf die tijd [nee, nee] dichters werden geprogrammeerd op festivals als Lowlands (Biddinghuizen) en Virus (Eindhoven) - ver, ver buiten de hoofdstad. Het podiumbewustzijn van veel dichters nam hierdoor toe, tot professioneel niveau. Daarnaast werkten zij gestaag door aan hun oeuvres.
De laatste jaren verschijnen er, naast de consolidatie van Groningen en Utrecht - met programma's als Poëziemarathon, Beeldspraak, en nog steeds het Poëziecircus-, een aantal nieuwe steden aan het firmament: Rotterdam met Crimejazz en het Geen daden maar woorden festival, en de - in dezen - twee-eenheid Arnhem/Nijmegen met het festival Wintertuin, dit jaar van 16 tot en met 25 november. De twee festivals kenmerken zich door een ruime programmering van poëzie en getuigen van een groot podiumbewustzijn, waarbij zij de nieuwe ontwikkelingen en discussies op de voet weten te volgen - zo presenteert Wintertuin een manifest uit Vlaanderen voor meer pathos in de poëzie. Crimejazz kun je een urban programma noemen: de doelgroep lijkt een hip uitgaanspubliek te zijn, dat in grote getale komt luisteren naar jazz, hiphop en, zoals zij dat noemen, spoken-words performances van Engels- en Nederlandstalige dichters. Sinds enige maanden heeft Crimejazz zijn activiteiten uitgebreid naar clubs rond Amsterdam, te weten: Leiden, Den Haag en Utrecht.

Niet alleen is een jonge generatie podium-ervaren dichters volwassen geworden buiten de hoofdstad, zij deden dit hand in hand met enthousiaste organisatoren, die herkenden wat poëzie nog meer vermag naast haar bundels en haar op juiste waarde wisten te schatten. Waarom deze organisatoren niet in Amsterdam zitten, ik weet het niet. In 1987 gebeurde 'het' er nog tenslotte. Gelukkig is Amsterdam nog wel aangesloten op het nachtnet, zodat die noodgedwongen stille, nachtelijke uurtjes goed doorgebracht kunnen worden met het lezen van de bundels van de zojuist buiten de hoofdstad gehoorde dichters.

Ruben van Gogh, Propria Cures, 10-11-2001

Noot Epibreren:: mooi stuk van Ruben, toch heeft hij het op één puntje mis: met De Dichters uit Epibreren stonden we anderhalf jaar voor Double Talk (jan. '97) al op het Lowlands Festival (aug. '95).

naar boven


STADSDICHTER

Groningen had de primeur wat betreft het idee (van D66-raadslid Thomas van Dalen), maar met de daadwerkelijke realisatie lijkt een andere gemeente de eerste te zijn, zo bericht Bart FM Droog ons. Volgens de Haagsche Courant van 5 november gaat - of all places - Beverwijk 15 november een stadsdichter aanstellen. Het initiatief daartoe is in handen van cultureel eet- en drinkcafé Camille. Ook in Middelburg wordt er over gesproken. Echter, zo blijkt uit een artikel in de Provinciale Zeeuwse Courant, is de plaatselijke cultuurwethouder niet zo enthousiast. Goh, waar hebben we dat meer gehoord? Die wethouder daar, Visser, wilde eerst afwachten hoe het in Groningen in zijn werk gaat. Dat schiet niet op dus, met al die enthousiaste wethouders.
(Groninger Gezinsbode, voorpagina, 14-11-2001)

naar boven



LITERATUUR

Arnhem en Nijmegen - Van 16 t/m 25 nov vindt in Arnhem en Nijmegen onder de titel Circus onder Water de 7e editie plaats van De Wintertuin, het grootste Nederlandse literatuurfestival. Met meer dan dertig programma's. waaronder performances, uitvoeringen, interviews, debat, voordrachten, theater- en filmvoorstellingen, dance en poetry slam. Met o.a. Esther Gerritsen, Wilfried de Jong, Tom Lanoye, Simon Vinkenoog, Joost Zwagerman, Ronald Ohlsen, Adriaan van Dis, Elsbeth Etty, Thomas Verbogt, Ilja Pfeiffer, Ruben van Gogh, De Dichters uit Epibreren, J.H. de Roder, Khalid Boudou, Nilgün Yerli, Menno Wigman, Floor Haakman, Mensje van Keulen, Arie Storm en J.Bernlef. Inl 024-323.19.04 & www.wintertuin.nl
(NRC Handelsblad, 15-11-2001)

naar boven


HET LITERAIRE POLDERMODEL ZAL OM ZEEP GEHOLPEN WORDEN
Literatuurfestival

Amsterdam - 'Schijt aan Parijs!', roept een verzameling jonge schrijvers (geboren na 1964) komend weekeinde in koor. Hoe hun aanklacht tegen de babyboomgeneratie en de profeten van 1968 er precies gaat uitzien, hangt nog even in het luchtledige. Maar zeker is dat de 'jongeren' het literaire festival De Wintertuin, dat vanavond in Nijmegen wordt geopend, aangrijpen voor het uitdokteren van een strategie om gehoord te worden en het eeuwige vooroordeel over de literaire patatgeneratie weg te nemen.

De zevende editie van De Wintertuin biedt in tien dagen ruim dertig programma's, met voordrachten, interview, exposities, debat en veel poëzie. Het thema 'Circus van de Laaglandse Literaturen' is erop gericht gericht het 'literaire poldermodel' om zeep te helpen en de door Ilja Pfeijffer en Bart FM Droog gevoerde discussie tussen papier- en podiumdichters leven in te blazen.
Debat losmaken en vooral veel poëzie doen klinken, dat zijn de doelen van 's lands grootste literatuurfestival, zegt organisator Frank Tazelaar. Bovendien zette de organisatie verschillende kunstenaars, van dj's tot beeldend kunstenaars, aan het werk om de literaire mogelijkheden op hun eigen terrein te verkennen. De Wintertuin begon als tweejarig festival, maar schakelde in 1999 over op een jaarlijks ritme en trekt inmiddels zo'n vierduizend bezoekers.
Voorgaande edities slaagden aardig in het opwekken van discussies. De essaybundel die vorig jaar rond het thema 'Lof der traagheid' uitkwam, is inmiddels aan een herdruk toe. Naast het ronkende 'pamflet in ontwikkeling' van de jonge schrijvers ('Wij zijn de curators van het faillissement van de babyboomers. En dit is onze tijd!') verschijnt ook dit jaar een bundel 'Onbehagen in de literatuur', over de toekomst van het essay. Dat de organisatoren van het jaarlijkse festival allemaal rond de dertig zijn (op de website bedanken ze zelfs de jaren '80), verklaart de onvrede met de oudere critici.
Maar behalve protest is er de eerste dag van het sterke verhaal, dat moet bewijzen dat de vertelcultuur nog bruist. Ook slam-poetry, ruw-poëtische podiumoptredens, krijgt veel aandacht. Ironisch genoeg maakte Johnny van Doorn als Johnny the Selfkicker al naam met het gesproken woord in de door pamflettisten zo verfoeide jaren '60. De naar hem vernoemde prijs wordt zaterdag voor de zesde keer uitgereikt, ditmaal aan Tom Lanoye.
Informatie over De Wintertuin op internet (www.wintertuin.nl) of 024-323.19.04.
(Jonathan Huseman, Trouw, 16-11-2001)

naar boven



ACTEURS HELPEN AUTEURS EN ANDERSOM

Twee schrijvers en drie acteurs vormen de basis. Rond het middaguur beginnen ze met de voorbereiding van een nieuw toneelstuk. Het publiek kijkt toe hoe de voorstelling vorm krijgt. Diezelfde avond is de première in de Arnhemse Schouwburg.

ARNHEM - Het experiment heet 's Middags verwekt, 's avonds geboren. In recordtijd wordt een toneelstuk geschreven, ingestudeerd en op de planken gebracht.

Het programmaboekje van literair festival de Wintertuin wekt de indruk dat de acteurs maar moeten afwachten met welke toneeltekst ze worden geconfronteerd, maar het loopt anders. Want de acteurs krijgen juist volop de gelegenheid zich met de tekst te bemoeien. En dat doen ze natuurlijk ook. Andersom schromen de schrijvers niet zich met de repetities te bemoeien. Een interessante kruisbestuiving.
Schrijver Bart FM Droog zit deze woensdagmiddag in Theater aan de Rijn in Arnhem achter de laptop. Zijn collega Tsead Bruinja zit erbij. Verder aan de tafel de acteurs Anna Rottier, Kamilla Hensema en Stefan Rokebrand. Het begint met aftasten. Schrijver Droog geeft een voorzetje: "Ik dacht aan een scène in een vliegtuig, vlak voordat het zich in een gebouw boort."
De respons valt tegen: het idee wordt door niemand omarmd. Dan komt schrijver Bruinja met een voorstel. Hij heeft gisteren een verhaal geschreven dat hij graag even wil voorlezen. Zijn collega en de drie acteurs gaan akkoord. Het blijkt geen toneeltekst, maar een beeldenrijk verhaal over iemand die leeft met muziek in zijn hoofd. "Waar gáát dat over?", vraagt collega Droog verbaasd.
Ook de acteurs lijken nog niet bepaald geïnspireerd. Hoewel... Een van hen merkt op dat het beeld van de bakker in het verhaal van Bruinja haar aanspreekt. Plots is het idee geboren om een eenakter te maken over een bakker, een slager en een timmerman. Iedereen enthousiast.
Gek genoeg blijkt er na enige tijd toch geen plaats te zijn voor een bakker. In zijn plaats komt een visser. "Ja, de visser gaat naar de timmerman, omdat zijn boot kapot is."
Schrijver Droog typt af en toe wat flarden tekst. Maar nog niets staat vast. Want plotseling komt er door alle geassocieer een nieuw idee naar boven: de slager en de visser hebben allebei een bloeddorstig beroep; misschien is het een aardig gegeven als die twee samen iemand hebben vermoord. En de timmerman mag dat natuurlijk niet weten.
Maar het wordt nog veel gekker. Een luguber Roald Dahl-achtig verhaal tekent zich af. Visser en Slager slachten mensen en verkopen het mensenvlees (onder meer in de vorm van pikante gehaktballetjes) in de slagerij. En er komt ook nog liefde bij. En een zwangere timmerman.
De uiteindelijke, gruwelijke versie ontstaat pas tijdens de repetities. Droog typt er lustig op los, terwijl de acteurs al improviserend het verhaal doen ontstaan. Het is voor Droog haast niet bij te houden.

Als de eenakter 's avonds wordt opgevoerd tijdens de Late Show in de knusse oude foyer van de Arnhemse Schouwburg blijkt dat er in de loop van de middag nog wel wat is gesleuteld aan het stuk. De slotscène toont dat er een einde is gekomen aan de lugubere samenwerking van Visser en Slager. Visser heeft in Timmerman een nieuwe zaken- en levenspartner gevonden. Met Slager is het waarschijnlijk niet best afgelopen.
Dat het niet meevalt om in een paar uur tijd een perfecte eenakter te produceren, blijkt uit het feit dat de acteurs hun tekst van een papiertje lezen. Een verstandige keuze waarschijnlijk, want veel subtiele elementen in de tekst van de beide schrijvers zouden verloren gaan als je het kersverse stuk uit het hoofd zou proberen te spelen.
De publieke belangstelling deze avond is redelijk. Een stuk beter in elk geval dan vanmiddag, bij 'de geboorte'; toen waren er welgeteld vier liefhebbers getuige. Die vier begrijpen het stuk ook, dankzij hun voorkennis. Het is de vraag of de eenakter helemaal wordt gesnapt door mensen die de wordingsgeschiedenis niet hebben gevolgd.
(Henk Aalbers, De Gelderlander, 23-11-2001)

naar boven



In de wekelijkse rubriek 'Dichterbij':

LEPELAAR

Bij de rietkraag
waar ik mijn vriend uitlaat
huppelen konijnen
in het licht

Drink ik
van de heren
uit volle borst
zing ik mijn avondlied

Hese kelen tranendal
zo scherp ik de nachtlamp aan
zo roer ik het avondmaal
zo zwengel ik af

Dwalen druppels
door het zwart

Tjitse Hofman, 2001

Tjitse Hofman (14 april 1974, Assen) brengt vanavond in het Lux-theater te Nijmegen bij de nu al uitverkochte slotmanifestatie van Literatuurfestival de Wintertuin voor 500 mensen zijn gedichten. Hofman, die in 1999 debuteerde met de bundel TV 2000 (Uitgeverij Passage) is een van de oprichters van het internationale poëzie- en muziekgezelschap De Dichters uit Epibreren. Hij heeft voordrachten gegeven te Engeland, Portugal, Kroatië, België, Duitsland en Nederland. Hij groeide op in het rustieke Drentse dorp Gasteren en studeerde Sociaal Pedagogische Hulpverlening te Groningen. Na het afbreken van zijn studie werkte hij ondermeer als plantsoenarbeider, nachtportier, medicijnenbezorger en barkeeper.
In de vorige week verschenen bloemlezing Vanuit de lucht - de eerste generatie dichters van de eenentwintigste eeuw (Uitgeverij Passage) staan drie verzen van hem opgenomen. Ook in de bloemlezingen Double Talk (Arbeiderspers, 1997), Het Hogere Noorden (Passage, 1997), Sprong naar de sterren (Kwadraat 1999) en in Seks, de daad in 69 gedichten (Uitgeverij 521, 2001) zijn gedichten van hem te vinden.
(Bart FM Droog, Nieuwsblad van het Noorden, 23-11-2001)

naar boven


'MAATREGEL #2' CULTUREEL CORRECT DANSEN OP POËZIE
Door RIEKE VEURINK

NIJMEGEN - Literair festival De Wintertuin is voorbij. Het uitverkochte slotfeest werd zaterdag gevierd in LUX: 'Sie fressen ihre scheiss und sterben'.

Pak een lolly en hang je jas op. Nog even langs twee security-meneren ('waar is je kaartje, je moet een stempel, mag ik je stempel even zien') en je staat bovenaan de trap die je naar het Wintertuin feest leidt. Het is even dringen -het partijtje is volledig uitverkocht- maar dan sta je middenin het cultureel correcte walhalla van Nijmegen.

Maatregel #2 is de naam van het Wintertuin slotfeest dat afgelopen zaterdag plaats vond in het Nijmeegse LUX. Het multimediaspektakel begon om tien uur 's avonds en housete door tot zes uur in de ochtend. Publiek: blank, ongetwijfeld hoog opgeleid en rond de dertig. Dresscode: hipper dan hip.
'Sie fressen ihre scheiss und sterben', declameert een dichter met ijzingwekkende stem, terwijl op twee schermen naast hem een film met duiven te zien en te horen is.
Het publiek praat ondertussen gezellig door. Als de dichter zijn mantra heeft afgedraaid wordt er vriendelijk geapplaudiseerd en zet de deejay weer een plaatje op.
Tot 1 uur 's nachts is de theaterzaal van LUX the place to be. Een kwartiertje dansen, dan weer een dichter, weer een kwartiertje dansen. Sommige poëten combineren de boel. 'Let's dance to the poetry', zegt de volgende dichter. Een loungedeuntje kabbelt door de zaal en de dichter doet iets wat rappen zou heten als het geen Wintertuin was.
Zitten in de zaal is niet mogelijk. Of het moet op het blok midden op de dansvloer zijn, maar dat is vanaf een uur of twaalf al in beslag genomen door een jongen in lotushouding die probeert een sjekkie te draaien. Mensen die liever dichten dan dansen zoeken hun toevlucht tot de trappen die aan weerszijden van de zaal naar beneden lopen.

De hal van LUX is ingericht als loungecafé. Compleet met eigen deejay en bar. Hier kun je rustig kijken en bekeken worden. Een bescheiden onderzoek leert dat het overgrote deel van de mannen gekleed gaat in broek met plooi, strak kort shirt en sneakers. De dames-look is wat diverser. We zien hockey-rokjes, charlestown-creaties, wijde corduroybroeken.
Zaal 6 is omgedoopt tot poetry-lounge. Er staan tafeltjes, stoeltjes en een podium. De heren van Epibreren en writers in residence Jürg Halter en Andy Fierens voeren er nog een keer hun kunsten op. Met een optreden van Fierens waarin hij Kate Moss laat lopen als een grazieuze wasacracker gaat Wintertuin 2001 de nacht in.
(Rieke Veurink, De Gelderlander, 26-11-2001)

naar boven


VOORZICHTIG BEGINNEN MET GROTE NAMEN

DEN BOSCH - Onder de titel 'Dat Bekt Lekker' is op donderdag 10 januari in Theater Bis het eerste zogeheten 'spoken wordsfestival'. Een initiatief dat Bosschenaar Ralph Posset de komende jaren het liefst ziet uitgroeien tot een evenement waarop literatuur, muziek en beeldende kunst elkaar treffen. Want dat is volgens Posset hard nodig in Den Bosch.

Maar alle begin is moeilijk, zo geeft Posset direct toe. Dus is de eerste bijeenkomst volgens hem aan de voorzichtige kant en valt ook de gemeentelijke subsidie van zo'n 1750 gulden (euro 800) nog bescheiden uit. Toch prijken er meteen grote namen als Jules Deelder, Bart Chabot en Bart FM Droog op het programma. Hoe krijgt Posset dat voor elkaar? "Zie dat maar als een vriendendienst van Deelder en Chabot. Die ken ik al wat langer en ze steunen initiatieven zoals deze. In hun kielzog komt ook Droog mee. En GG Gun, de band rond de vaste saxofonist van Deelder. Als hij in een goede bui is kruipt Deelder zelf nog achter het drumstel." Deelder blijkt sowieso een trouwe leverancier van vriendendiensten, want ook onlangs bij de opening van de Galerie van Posset in de Stoofstraat was de dichter voor de openingsact van de partij. Daar tegenover staat dat Posset zijn gasten veel eigen ruimte moet laten. "Ze dragen voor uit eigen werk, maar wat er precies staat te gebeuren weet ik ook nog niet." De beeldende kunst is tijdens deze editie nog niet vertegenwoordigd. Maar Posset heeft al subsidie aangevraagd voor een avond in W2 waar hij iets wil doen met actionpainting en rap.
Dat Bekt Lekker begint donderdag 10 januari om 21 uur in Theater Bis, kaartjes zijn voor 10 euro (f. -22,05) te koop bij Theater Bis of bij Galerie Posset in de Stoofstraat.
(Theo van de Zande, Brabants Dagblad, 30-11-2001)

naar boven


ODE AAN DE LIEFDE

Wat is er romantischer dan het ontvangen van een gedicht waarin iemand je de liefde verklaart? Blvd. vroeg twaalf Nederlandse dichters hun favoriete liefdesgedicht op te schrijven. Met de hand, uiteraard. Want een liefdesverklaring uit de printer is simpelweg geen liefdesverklaring.

GEEN LIEFDESSONNET

Of dan die dagen dat er liefde was
je kent dat wel, fluimende vogels
en al, hoe lang dat geleden was.

Bart FM Droog, 2001
titel gedicht: Geen liefdessonnet | dichter Bart FM Droog | geboren 1966 | debuut Randweg (1966) | recent werk Deze dagen (1998), Benzine (2000) | citaat: "Poëzie bestaat bij de gratie van de traditie. Gelijk elke kunstvorm enkel kan bestaan door een voortdurend terugblikken naar wat vakgenoten in het verleden hebben gedaan. Daarop bouw je verder en daarvanuit probeer je nieuwe dingen te ontwikkelen. Poëzie is een ambacht, en kan niet bestaan bij de gratie van jeugd allleen (NRC Handelsblad, 25-7-1997)"
Dit artikel bevatte verder handgeschreven verzen van Rosa ter Beek, J. Bernlef, Martin Bril, Remco Campert, Ingmar Heytze, Tjitske Jansen, Guus Luijters, Alexander Nijeboer, Toon Tellegen, Menno Wigman en Joost Zwagerman
(BLVD, december 2001)

naar boven


GILDE

De dichters Jan Klug, Tjitse Hofman en Bart FM Droog van Epibreren laten al vanaf 1994 met een unieke mix van poëzie, geluidslandschappen en muziek van zich horen. Maar wat betekent 'epibreren' eigenlijk?
Het antwoord kan gevonden worden in Pierewaaien, een boek over de herkomst van woorden, uitgegeven door Sdu Uitgevers in samenwerking met het Genootschap Onze Taal en dagblad De Gelderlander, dat voor zijn lezers vanaf
1998 een jaarlijkse etymologiequiz met meerkeuzevragen organiseert. 'In dit boek zijn 350 van die vragen, elk met drie antwoordmogelijkheden, gebundeld. De foute antwoorden zijn vaak net zo geloofwaardig geformuleerd als de juiste (en soms zelfs geloofwaardiger), zodat een boek vol verrassende valkuilen is ontstaan', aldus de flaptekst. En inderdaad, wat bijvoorbeeld te denken van de keuzemogelijkheden die het boek voor de verklaring van 'epibreren' geeft, te weten: a. het is samengesteld uit de Griekse woorden 'epi' ('bij') en 'bruein' ('groeien'); b. het is afgeleid van het Spaanse werkwoord 'epibrar' ('dreutelen, talmen'), of c. het is een zelfverzonnen woord dat bekend is geworden door de schrijver Simon Carmiggelt. Je moet genoeg Grieks of Spaans kennen om te weten dat de eerste twee antwoorden
onzin zijn en dat c het goede antwoord is. (...)
Genootschap Onze Taal, Pierewaaien - wat weet u over de herkomst van woorden? Sdu Uitgevers, fl. 25,00 / 11,35 euro.
(René Huigen, Tijdschrift Schrijven, december 2001/januari 2002)

 

naar boven


DE DICHTERS

Op initiatief van de stichting Melita (Meervoudig Literaire Activiteiten) wordt op zondag 9 december (aanvang 20.30 uur) weer een literaire avond gehouden in café Het Bolwerk aan de Stadsgravenstraat. Uitgenodigd zijn De Dichters uit Epibreren. Sinds 1994 zijn zij on-the-road met een unieke mix van poëzie, geluidslandschappen en muziek. In Het Bolwerk zullen ze een literair en muzikaal optreden verzorgen. Toegangskaarten kosten fl.3,50.
(Twentsche Courant Tubantia, 6-12-2001)

naar boven


JONG FLADDEREN DE DICHTER NAAR BOVEN

Ze komen inderdaad als uit de lucht gevallen, de nieuwe dichters die dichter Daniël Dee bloemlezend heeft verzameld. In Vanuit de lucht scharrelde Dee, zelf uit 1975 dichters van ná 1970 bij elkaar.
(...) Tsead Bruinja - wat een boel Friese en Groningse namen in deze bundel: Klaske, Tjitse, twee keer Tjitske, maar ook een Ayatollah - schrijft normaal alleen in het Fries, maar hier zijn Nederlandse gedichten opgenomen. En die zijn prachtig. De kortademigheid, het gebrek aan interpunctie, de gewaagdheid van zinnen die door elkaar lopen, dat alles verwart gedicht en lezer. Het zet je op een ander spoor.
(...) Helemaal eens hoef je het met Dees keuzen niet te zijn (er zit behoorlijk wat persoonlijk drama bij: het gros gaat over liefde en zit bovenop de huid van de dichter), maar verhelderend is zo'n bloemlezing wel. Zo wordt weer eens duidelijk wat nu in jong dichterlijk Nederland in de lucht fladdert.
(Fleur Speet, NRC Handelsblad, 7-12-2001)

naar boven


FAVORIETE MUZIEK VAN BART FM DROOG

© Jurgen Moorlach, 2001

Bart FM Droog (1966) is al sinds jaar en dag een van Groningens bekendste dichters. Hij heeft al vele publicaties op zijn naam staan en met De Dichters uit Epibreren staat hij regelmatig op de planken in binnen- en buitenland.
Zijn favoriete plaat is 'Rum, sodomy & the lash' door The Pogues, uit 1985. "Het is een prachtige combinatie van waanzinnig goeie liedteksten en allerlei oude muziekstijlen, zoals folk, vermengd met hedendaagse muziek", verklaart Bart.
"De teksten spreken mij erg aan, omdat ze gaan over oude legendes die in het hedendaagse leven gezet woprden, over het stadsleven, duivels en mythische wezens. Een van de liedteksten heb ik tot een gedicht bewerkt, 'The old main drag', het speelt zich af in Londen, maar ik heb het overgezet naar Groningen." "Eigenlijk vind ik alles mooi wat Shane MacGowan (de zanger van The Pogues) maakt. Maar ik zou hem niet live willen zien. Hij heeft nogal een reputatie dat hij halverwege een optreden door teveel drank in elkaar zakt. Dan luister ik liever naar de platen."
Naast het dichterschap presenteert Bart de wordslam-sessies van de Schrijversschool, is hij redacteur van het internetpoëziedagblad Rottend Staal Online en werkt hij mee aan de jaarlijkse Poëziemarathon. Iets waar Bart voor gestreden heeft is de aanstelling van een stadsdichter. De gemeente heeft besloten dat er toch maar een moet komen. "Ja gelukkig komt die er. Natuurlijk zou ik dolgraag stadsdichter willen zijn. Maar er zijn naar mijn idee wel zestig dichters die ervoor in aanmeking komen."
(Sabine Hoes, Loeks, 18-12-2001)

naar boven


LITERATUUR

Groningen - Tijdens de literaire afsluiting 2001 op 22 dec (20u30) worden twee boeken gepresenteerd en een toneelstuk gespeeld. Mowaffk Al-Sawad brengt in het Arabisch de theatermonoloog De koude muren. Petra Else Jekel zal de Nederlandse vertaling voordragen. Verder zijn er nog diverse optredens van o.a. Tsead Bruinja, Pier Boorsma, Bart FM Droog, Peter de Groot e.a. Schrijversschool, Oliemulderstraat 51. Inl 050-8507162.
(NRC Handelsblad, 20-12-2001)

naar boven


HET FAVORIETE BOEK VAN HANZ MIRCK (van Boekhandel van Someren & Ten Bosch te Zutphen)

Vanuit de lucht van Daniël Dee is een bloemlezing met werk van jonge dichters. Met deze bundel volgt Dee het initiatief van Ruben van Gogh, die eerder Sprong naar de sterren - De laatste generatie dichters van de twintigste eeuw samenstelde. Met dit verschil dat Dee geen programmatische insteek zegt te hebben. Alleen leeftijd speelde een rol (geboortejaar tussen 1971 en 1982), zozeer dat enkele dichters die Van Gogh vanwege poëticale opvattingen bij zijn generatie rekende, ditmaal tot de nieuwe behoren, zoals Hagar Peeters, Tjitse Hofman en Alfred Schaffer. Vanuit de lucht biedt een aardig spectrum van de hedendaagse poëzie, die ook wat betreft originaliteit en kwaliteit divers is. Wel lijkt de podiumpoëzie de overhand te krijgen. Verder dan deze vooral eenduidige dichters lijkt Dee ook niet te hebben gezocht. De ruimhartigheid van Dee leidt ertoe dat lezers voor het hoofd kunnen worden gestoten door brabbeltaal, wanneer ze niet de jongvolwassen regels van meer talentvolle dichters opslaan. Maar dat doet wel recht aan wat een momentopname moet zijn: spannend!
(Hanz Mirck, Het Boekblad, 21-12-2001)

naar boven


OM VIER UUR BORRELEN DE ZINNEN OMHOOG

Wrakseljend sinneljocht en eachlidden dy't knipperje. Soms kruipt het duister in de gedichten van Tsead Bruinja (27). Hij groeide op in Damwoude en Kollum, woont in Groningen en draagt een bril met een hoornen montuur. Gisteren kwam zijn tweede bundel uit: De man dy't rinne moat. De ingevingen voor zijn gedichten krijgt hij meestal 's nachts.

Tsead Bruinja ligt onder zijn dekbed. De lakens zijn friswit en lichtblauw. De rest van zijn studentenkamer draagt de kleurloze zweem van tweedehands meubels en rijen boeken. Een plant staat dood te gaan. De dichter slaapt. Hij hecht aan zijn nachtrust. Goed slapen en hard werken. Tot hij langzaam ontwaakt. De zinnen borrelen omhoog. Altijd rond een uur of vier. Wazig prevelt hij de woorden die in hem opkomen. Toch maar even het licht aan om de spinsels te noteren. En nu slapen. Maar daar dringt zich nog een regel op. Het lampje floept weer aan. Het kan net zo goed blijven branden. Hij kent zichzelf. Nu moet dat gedicht eerst af. Is er ooit rond vier uur iets voorgevallen, dat het altijd dan gebeurt?
Tsead weet het zelf ook niet. De laatste tijd is het rustig en slaapt hij hele nachten. Af en toe haalt hij door. Hij opent een fles wijn, schenkt zichzelf een glas whisky in of rookt een pijpje hasj. Dan gaat om twaalf uur de computer aan en begint voor de dichter een werknacht.
Een paar jaar geleden hielp Tsead bij de organisatie van Nachtspraak, literaire nachten in Café Koekkoek in Groningen. De sfeer was heel speciaal. Wild en ingetogen tegelijkertijd. De organisatie bedacht op een gegeven moment dat het wel aardig was om eerder te beginnen. Maar tien uur werkte voor geen meter. Dichters die 's nachts willen voordragen, kennen toch een ander soort discipline. Ze zijn iets losser. Nu vreet de voltijds studie Fries aan de Rijksuniversiteit Groningen zijn tijd op. Hij vertaalt Engelse en Afrikaanse gedichten en zit in de redactie van het tijdschrift Hjir. Ook organiseert hij mede festivals als de 'Poëziemarathon' en 'No(o)rdschrift'.
Zelf beklimt hij eveneens regelmatig het podium tijdens poëzieavonden. Zijn gedichten zijn vet en barok. Liever een woord te veel dan een te weinig. De eerste bundel is een tocht langs mensen die dood zijn. Z'n moeder overleed
aan kanker toen hij dertien was. In de nieuwe bundel spelen heit en beppe een belangrijke rol. Naast de goede oude liefde natuurlijk. De man dy't rinne moat, loopt zijn hoofd leeg. Afstanden afleggen, verschaft helderheid. Een liefde die voorbijging, had er een warwinkel van gemaakt.
Kroegavonden willen hem ook wel eens inspireren tot een gedicht. Tsead krabbelt op wat hij om zich heen ziet. Als iemand iets mompelt, wat hij niet begrijpt, lijdt het misverstand tot een nieuwe zin. Of hij fantaseert over
hoe het gesprek gelopen zou zijn als wel was gezegd wat eerst werd gedacht. Met collega-dichters beleeft hij wel eens van die cliché kunstenaarsnachten. Met Albertina Soepboer en Bart FM Droog na een optreden in Den Haag een duik nemen in de zee bij Scheveningen. Terug in de trein een tweeliterfles rode wijn legen. Met een toevallige reisgenoot bazelen over het Fries. Dikke lol, maar zo'n nacht levert geen poëzie op. Een toffe avond en weinig slaap kan 's ochtends wel vruchtbaar zijn. De kater neemt de rem van de ochtend weg. Dan knalt er zo een gedicht het papier op.
(Eva Vriend, Leeuwarder Courant, 22-12-2001)

naar boven


GEDICHTENDAG

De Dichters uit Epibreren zijn te gast op het festival met poëzie van en voor studenten 'Windesheim Dicht!', vanaf 19.30 uur in de kantine van het Hoofdgebouw van de Chr. Hogeschool Windesheim, Campus 2-6 Zwolle.Toegang ca.€ 4. Informatie op www.windesheimdicht.nl.
(Poëziekrant #6, nov/dec 2001 - verscheen eind december 2001)

naar boven


GEBLOEMLEESDE DICHTERS
uk-columnist bundelt gedichten


Hij vergat zichzelf niet. Want columnist van de Universiteitskrant, redacteur van het literaire tijdschrift Krakatau en jurist [?], organisator en recensent van poëtische uitingen, alsmede voormalig RuG-huisdichter. Voor samensteller Daniël Dee (1975, Empangeni, Zuid-Afrika) spraakmakend genoeg om zichzelf eveneens te bundelen in Vanuit de lucht - De eerste generatie dichters van de eenentwintigste eeuw. Tenslotte is hij van na 1970, de belangrijkste voorwaarde.
Een jonge wind waait er al een tijdje door poëzieland. Op festivals , literaire avonden of in theaters, cafés en publicaties. De nog niet zo oude dichters zijn overal te vinden. Op de grens tussen poëzie en performance vaak, niet bang om de voordrachtskunst te mixen met muziek, beeld en ander geluid. Er is zelfs sprake van een nieuwe generatie en zij wordt in de literaire kringen 'de eerste generatie van de 21ste eeuw' genoemd. Een bundeling zou dan al mooi zijn, niet waar? Vooral ook omdat we, aldus de inleider/samensteller, 'het portaal zijn doorgegaan dat de twintigste eeuw scheidt van de eenentwintigste eeuw'.
De door Uitgeverij Passage verzorgde bloemlezing pretendeert de spraakmakendste voor het eerst te hebben samengebracht. Dat zijn dan mensen als Tsead Bruinja, albrecht b doemlicht, Diann van Faassen, Sieger M. Geertsma, Willem Groenewegen, Klaske Havik, Tjitse Hofman, Petra Else Jekel (eveneens voormalig RuG-huisdichter), Ayatollah Musa, Ramsey Nasr, Hagar Peeters, en Steven Verhelst. Spraakmakend in dichterskringen waarschijnlijk, want van het grootste deel zal buiten de intimi nog nooit iemand hebben gehoord. Uit alle hoeken en windstreken zijn ze niettemin gekomen; Hoorn, Rinsumageest, Brugge, Groningen, Assen, Kopenhagen en -of all places- Vlaardingen. Waarbij Dee trouwens hulp, tips en kritiek genoot van een handje of drie vol andere spraakmakende figuren, zoals Bart FM Droog, Jasper Henderson, Ingmar Heytze en Menno Wigman.
De bloemlezing is min of meer de opvolger van Sprong naar de sterren - De laatste generatie dichters van de 20e eeuw van Ruben van Gogh. Min omdat een programmatische insteek ontbreekt en meer omdat de traditie van het bloemlezen (erg populair in de dertiger jaren) hiermee is voortgezet. Dee zegt ook te hopen op meer bloemlezingen.
Wanneer het enige bindmiddel is dat de auteurs van na 1970 zijn, kan het bijna niet anders of het wordt een poëtisch allegaartje. Kort, lang, dik dun, grappig, zwaarmoedig, begrijpelijk en vaag. Met uitsluitend individueel werk van individuen (28 in totaal) en drie gedichten per auteur is de stilistische diversiteit meer dan gewaarborgd. En het ligt er dan maar net aan hoe je dat noemt. Een potpourri van God Zegene De Greep, of een bloemlezing die 'tracht de stand van zaken op poëtisch gebied van dit moment bij de eerste generatie dichters van de 21ste eeuw weer te geven.
(...) De bundel is uiteraard verre van compleet. Sommigen willen gewoon niet 'gebloemleesd' worden en anderzijds is er mogelijk een mooi schrijvende geest over het hoofd gezien. Daarbij liet Dee uiteraard zijn eigen voorkeur meetellen. Het is tenslotte een bloemlezing. Een interessante bloemlezing, dat wel.
(Herman Sandman, De Groninger Gezinsbode, 31-12-2001)


naar boven


OSAMA ALS DICHTER

Waar de US of A maar niet in slaagt, Osama bin Laden vinden, lukte verslaggevers Liesbeth van Dalsum en Yfke Dalhemd van de Epibode (Epibode 17-12-2001) wel. En '...Terwijl daisycutters, mortiergranaten en andere bommen links en rechts van ons insloegen en we een groot aantal Al-Qaeda strijders de grotten zagen ontvluchtten, ontmoeten we in het diepst van de Witte Bergen de heer Bin Laden...' Het duo wilde slechts één ding weten. Van Dalsum: "Meneer bin Laden, wat waren de reacties van uw medewerkers op de berichten vanuit Nederland dat u een dichter zou zijn?" (meer op: www.epibreren.com/rs/rotframe.html).
(Groninger Gezinsbode, 31-12-2001)

naar boven


...en voor meer actuele data: de optredens-pagina!

naar boven