LIESBETH VAN DALSUM SPREEKT GERRIT
KOMRIJ
Oliveira do Hospital - Onze trouwe lezers zal het niet
ontgaan zijn dat onze sterverslaggeefster Liesbeth van
Dalsum de laatste dagen afwezig was. Ze zat namelijk in
Portugal, waar ze onze medewerker Gerrit
Komrij interviewde.
Liesbeth van Dalsum: 'Lieve Gerrit. Hoe hebben
jij en je levensgezel Charles de branden doorstaan? Liepen
jullie gevaar?'
Gerrit Komrij: 'De branden hebben zich uitsluitend
afgespeeld in het uitzicht en bereikten onze stulp niet.
Het brandt hier trouwens ieder jaar.'
Van Dalsum: 'De mensen die wel getroffen zijn,
krijgen die op een of andere manier compensatie van de
Portugese overheid?'
Komrij: 'Ik geloof niet dat de Portugese overheid
zich erg veel gelegen laat liggen aan het lot van de getroffenen
en al helemaal niet aan dat van de arme boeren en dorpsbewoners,
die de ergste getroffenen zijn. Misschien snotteren de
politici dit jaar een maandje langer, omdat er aanstaande
oktober gemeenteraadsverkiezingen zijn.'
EENDAGSVLIEGEN, DAGBOEK VAN EEN LEZER
Van Dalsum: 'Overmorgen verschijnt Eendagsvliegen,
dagboek van een lezer. Een persbericht zegt daarover:
'Vanaf het moment dat hij kon schrijven heeft Gerrit Komrij
dagboek gehouden. Hij noteerde daarin intieme voorvallen,
scherpe observaties, leesverslagen en, toen hij zich eenmaal
als schrijver had gemanifesteerd, vileine grappen over
de literaire wereld. Eendagsvliegen is een unieke
blik in de wereld van de schrijver, lezer, publieke persoon
én het individu Gerrit Komrij.'
Betekent dit dat dit boek een soortement samenvatting
is van alles wat je hebt meegemaakt van pakweg je zesde
tot onlangs? Dus met uitgebreide vakantie-perikelen, onthutsende
lekke band-ervaringen uit je jeugd en beslommeringen bij
de bakker? Of is het meer toegespitst op je literaire
wederwaardigheden?'
Komrij: 'Ik weet niet waar de tekst van dat persbericht
vandaan komt. Het boek bevat louter papieren herinneringen:
boeken die me bezighouden, dichtregels die me te binnen
schieten, citaten die ik kan gebruiken. Het is een leesdagboek
en wat de Engelsen een commonplace-book noemen,
een genre dat in Nederland eigenlijk nooit heeft bestaan.
Literatuur in rauwe, ongebakken vorm. Landkaart van de
hersens. Al staat er geen woord over collega's in, tussen
de regels vertel je op die manier toch meer over je zelf
dan je lief is. Daarom zou ik liever dat er een dag voor
uitlevering aan de boekhandel brand in het Centraal Boekhuis
zou uitbreken - zodat het boek wel heeft bestaan maar
niet kan worden gelezen. Ik bid innig.'
DE TV-DOCUMENTAIRE
Van Dalsum: 'Onno
Blom interviewde je eerder uitgebreid voor Radio 747.
Wat wordt het grote verschil tussen dat lange radio-interview
en de tv-documentaire die hij en Jan
Louter maakten en die overmorgen in première
gaat? Kijk, dat er verschil is omdat je nu niet alleen
te horen maar ook te zien bent is me duidelijk. Maar krijgt
een Komrij-fan in deze tv-documentaire spectaculaire inzichten
in het wezen Komrij? Kortom: waarom moeten we gaan kijken?'
Komrij: 'Volgens de paar mensen die de film nu
hebben gezien en op wier oordeel ik vertrouw hebben Jan
Louter en Onno Blom een documentaire gemaakt die zich
heel toegewijd beperkt tot het woord en de poëzie,
iets wat je op de tv dus nooit ziet. Voor de rest moet
je niet uitgerekend mij om een oordeel vragen: ik moet
bij zoiets naar mijn eigen kop kijken en dat is al erg
genoeg.'
DIEREN
|
Van Dalsum: 'Iets
heel anders. Is de hond waarmee je op deze foto staat
jouw hond of een Portugese zwerfhond die bij het nemen
van de foto plots op je schoot sprong waardoor je
toch wel iets verward in de lens bent gaan kijken?
En als het je hond is, wat is zijn of haar naam, wat
is het ras en wat voor eten krijgt het beest? En mocht
het je hond zijn: heb je nog meer huisdieren? Zo ja
- hoe heten ze en waarom?' |
Gerrit Komrij en Mbeki
© Melle
van Essen, 2005 |
|
Komrij: 'Het is een van mijn honden en de naam is
Mbeki, geheten naar de president van Zuid-Afrika. Hij is
overigens een teefje en ook een beetje joods. Ze krijgt
rijst en alles wat er van het bord valt. Een andere hond
heet Skunky, dat is een halve vos en een geile zigeuner.
En dan is er nog de oude trouwe Julius, een pantserkruiser,
genoemd naar de chirurg van Harry Mulisch. Allemaal aanlopers,
allemaal zwerfhonden. Voorts: zwerfkatten.'
POËZIEWEBLOGS EN -SITES
Van Dalsum: 'Het is geen nieuw verschijnsel, maar
het is de laatste jaren wel explosief toegenomen: het webloggen.
Een welingelichte
bron heeft me verteld dat je met enige regelmaat sommige
poëzieweblogs bezoekt.'
Komrij: 'Grappig dat bezoek zo nauwlettend wordt
bijgehouden. Het is of je je verschuilt achter een pilaar
bij de boekhandel om te loeren wie er een bundel van je
stapeltje pakt.'
Van Dalsum: 'Welke poëziesites en -weblogs bezoek
je zoal en waarom?'
Komrij: 'Een paar poëziesites, vooral als ze
nieuwtjes en roddel bevatten, zijn opgenomen in mijn dagelijkse
geautomatiseerde en handmatige rondes. Samen met kranten,
persbureaus, tijdschriften, nieuwsportalen enz. Ik heb een
nymfomane behoefte aan nieuws. Ik ben een roddeljunk. Ik
wil alles het eerste weten. Ik ben de hele dag een nieuwsgierig
Aagje, enzovoort. enzovoort. Zo goed?'
Van Dalsum: 'Ja, dolletjes! En wat vind je van de
discussies op poëzieweblogs?'
Komrij: 'De discussies komen vaak neer op het uitvinden
van het wiel of op ontstellend geouwehoer, maar ook daarop
ben ik verzot. Zonder enige kennis van zaken de wijsneus
uithangen, heerlijk.'
Van Dalsum: 'Bestaat de kans dat je je als actief
weblogger gaat ontpoppen?'
Komrij: 'Actief weblogger? Het lijkt me een luxe
van jewelste. Ik heb elke cent nodig die de pen me oplevert,
dus liever papier.'
Van Dalsum: 'En wat zijn je favoriete sites?'
Komrij: 'Wat mijn favoriete literaire sites betreft,
ik ben de trouweloosheid zelf. De ene dag hang ik verliefd
bij iemand rond, wel honderd keer, de andere dag ben ik
spoorloos verdwenen en weer elders te vinden. Ik ben doorgaans
snel uitgekeken, en als iemand zijn site niet elke dag minstens
twee keer ververst, tabee.'
Van Dalsum: 'Dat heet tegenwoordig: toedeledokie',
maar dit terzijde. En zo komen we logischerwijze op:
HET DICHTER DES VADERLANDSSCHAP
Je bent nu alweer geruime tijd Dichter
des Vaderlands af. Wat beschouw je als je hoogte- en wat
als je dieptepunt van die periode?'
Komrij: 'Hoogtepunt: het afscheid. Dieptepunt:
de aanvaarding.'
Van Dalsum: 'Waarmee we dit onderwerp uitvoerig
behandeld hebben. Door naar de
POËZIEREEKSEN
Als Dichter des Vaderlands ben je in 2002
de Sandwich-reeks
begonnen. Sedertdien is de Windroosreeks
nieuw leven ingeblazen, in 2006 komt daar dan de Contrabas-reeks
bij - kortom: hoeveel poëziereeksen kan een land
verdragen?'
Komrij: 'Net zoveel reeksen als er interessante
dichters zijn.'
Van Dalsum: 'Voor de Bezige Bij ga je de Parnassus-reeks
(klassieke dichters) redigeren. Maar Uitgeverij P heeft
een
gelijknamige reeks. Wat nu?'
Komrij: 'Ik denk dat je, als je goed zoekt, in
alle perioden en in elk land wel een reeks zou kunnen
vinden die Parnassus heet. De naam is simpel, ondubbelzinnig,
verdraagzaam. Er bestaat alleen verschil tussen een slapende
Parnassus en een actieve Parnassus.'
HET GEBREK VAN KOMRIJ EN DE DIKKE KOMRIJ
Van Dalsum: 'De nieuwe Windroosreeksredacteur
Henk
van Zuiden is op zijn site een online bloemlezing begonnen,
getiteld 'Het
gebrek van Komrij', waarin hij gedichten van dichters
die niet in de Dikke
Komrij vertegenwoordigd zijn, etaleert. Zitten daar
nog dichters tussen waarvan je nu denkt: 'ach, die had ik
toch eigenlijk ook wel een plaatsje kunnen geven'? En zo
ja: wie?'
Komrij: 'Ja, Jules
de Corte en Theo
Joekes! Blinde, lamme wonderdichters. En wat te zeggen
van Dirk
Kroon, Jan
F. de Zanger en de reli-slijmbal Huub
Oosterhuis? Die waren al een lachspiegel voor me toen
ik twintig was. Ze zouden zeker een plaatsje verdienen in
de bloemlezing van G. Alzheimer.'
Van Dalsum: 'Ah! Een nieuw pseudoniem! Wat vind je
eigenlijk van Van Zuidens project?'
Komrij: 'Het is vanzelfsprekend een prachtproject.'
Van Dalsum: 'Een vraagje over de Dikke Komrij:
is de editie uit 2004 definitief de laatste door jou herziene
editie of zou het kunnen zijn dat je over een jaar of zeven,
acht toch weer een herziene editie uitbrengt?'
Komrij: 'Alles kan. Niets is definitief, behalve
de kist.'
HET LITERAIRE KLIMAAT
Van Dalsum: 'Bijna tot slot: hoe
bezie je het huidige literaire klimaat in Nederland en
Vlaanderen? Op welke gebieden gaat het goed en waar kan
het beter?'
Komrij: 'Roddel en nieuwtjes en non-nieuwtjes genoeg,
gepalaver en monologen, maar dat maakt nog geen klimaat.
Er bestaat geen literair klimaat in Nederland en Vlaanderen
waar je ook maar enigszins van zou kunnen opkijken. Men
sukkelt op alle gebieden voort.'
TV3
Komrij: 'Tot slot, Liesbeth, ongevraagd nog even
over een zaak die
gisteren op De Contrabas aan de orde werd gesteld,
met betrekking tot het televisieprogramma TV3:
Als je een standpunt naar voren brengt dat gevaarlijk
is loop je gevaar. Daarna moet de discussie over het standpunt
gaan, niet over het feit of je al of niet voldoende door
de gemeenschap wordt beveiligd. Dat wilde ik zeggen, of
zo ongeveer. Ik geloof niet dat het er helemaal uitkwam.
Ik was daar omdat ik iets mocht zeggen over Poetry
International en over een kinderboek dat ik had geschreven,
maar de presentatoren hadden er geen tijd voor. Ze leken
in andere dingen geïnteresseerd.'
(Rottend Staal, 6-9-2005)
Deze pagina is onderdeel van het dagblad
voor poëzie Rottend
Staal Online
|