Dichter des
vaderlands-gate
Poëzie is te belangrijk om aan dichters over te
laten. Dat bleek begin deze week toen bekend werd dat
de site waarop gestemd kan worden voor de nieuwe Dichter
des Vaderlands het hele weekend met de benen wagenwijd
open in cyberspace heeft gelegen. De site was vrij toegankelijk
voor internetters die wilden weten wie er op wie had
gestemd. Alle stemmen stonden er open en bloot, met
naam, adres en telefoonnummer erbij. Met één
keer knippen en plakken kon je alles op je eigen computer
zetten. Foutje in de beveiliging. Een extra vervelende
bijkomstigheid was dat er onder de plusminus 600 stemmers
ook diverse dichters waren die zelf op de stemlijst
staan. Zodoende beschikt Jan en alleman nu over een
adequate adressenlijst. Nu heb ik, om ongewenste aandacht
te vermijden, mijn telefoonnummer en adres al jaren
geleden uit het telefoonboek laten halen. Omdat ik ook
heb gestemd, met als gevolg dat mijn gegevens vrolijk
een paar dagen over het internet hebben gezworven, kan
ik het er net zo goed weer in laten zetten.
Dat de Was des Vaderlands een weekend lang buiten hing,
had ook grappige kanten. Er kwamen genante feiten aan
het licht. Zo bleek dat Elly de Waard, Driek van Wissen
en Ilja Leonard Pfeijffer op zichzelf hadden gestemd.
Het lijkt me duidelijk dat deze gewaardeerde collegas
zich daarmee voldoende belachelijk hebben gemaakt om
ongeschikt te worden verklaard voor het Dichterschap
des Vaderlands of belachelijk genoeg om juist
er zeer geschikt voor te zijn, daar ben ik nog niet
uit. De heren hadden trouwens opvallend veel stemmen
uit hun woonplaats, wat doet vermoeden dat ze respectievelijk
de plaatselijke huisvrouwenvereniging en de Leidse corpora
hebben weten te mobiliseren. Het is maar goed dat Sinterklaas
niet mee mag doen, die schijnt nog altijd veel aanhang
onder de jeugd te hebben.
Zelf heb ik het stond in de krant, wat volgens
mij ook schending van privacy is, want ik had geen toestemming
gegeven voor het openbaar maken van mijn voorkeur
op Jules Deelder gestemd. Waarom? Omdat hij me bij uitstek
geschikt lijkt voor de functie. Deelder is een merk.
Hij is een van de weinige dichters die ook als dichter
bekend is geworden onder een veel grotere groep mensen
dan die paar duizend poëzieliefhebbers. Met een
vuistdik verzameld werk in de winkel hoeft hij niets
meer te bewijzen, hij kan met wat geluk nog een jaar
of dertig mee, hij is zeer productief, hij dicht in
voor iedereen begrijpelijke taal, hij is nog altijd
een groot performer en het interesseert hem geen hol
wat een ander van zijn werk vindt. Met andere woorden:
een perfecte kandidaat voor een functie waarbij je snel
moet kunnen werken, geregeld optreden en een dikke huid
hebben voor het gekrakeel dat rond de dorpspomp losbarst
na elk gedicht dat je in functie hebt geschreven. Het
blijkt echter geen zin te hebben om op Jules Deelder
te stemmen, want hij heeft er, evenmin als Drs. P.,
die me ondanks zijn aanzienlijke leeftijd ook zeer geschikt
lijkt, geen zin in. Waarom staan ze dan toch, blijkbaar
tegen wil en dank, op het stemformulier? Poetry International
mag het weten.
Wat zijn de verkiezingen voor de nieuwe Dichter des
Vaderlands waard? Ze zijn georganiseerd door mensen
zonder benul van de huidige gevaren van stemmen per
internet. Ze zijn zo slecht beveiligd dat het volkomen
onduidelijk is of de uitslag straks het gevolg is van
een eerlijke stemming of van een hackerskraak in opdracht
van Driek van Wissen. En ze worden, eerlijk of niet,
vermoedelijk gewonnen door de een of andere eigengeiler
die zichzelf met de functie wil profileren in plaats
van ambassadeur te zijn voor alle poëzie, zoals
het hoort. De nieuwe Dichter des Vaderlands, wie het
ook wordt, is bij voorbaat al geen Dichter der Vaderlands,
maar de Prins der Klungelaars. Jammer, jammer, jammer.
© Ingmar Heytze, 2004
terug naar boven