Joris van Casteren
      hét interview

      laatste update 22 september 2005
      oorspronkelijk gepubliceerd: november 2002


     Previous Home Next

130 DICHTERS MET ROTTEND STAAL-PAGINA'S

Epibreren - Vandaag betrokken drie nieuwe dichters vakantiewoningen aan de Duindreef te Epibreren: Rick de Leeuw, Wim van Til en Joris van Casteren, waarmee het totaal aantal dichters aan de Duindreef op 130 gekomen is. Liesbeth van Dalsum herinnerde zich echter een geschil tussen enerzijds De Dichters uit Epibreren en anderzijds Joris van Casteren, dus vroeg ze de laatste hoe het nu zat.

Liesbeth van Dalsum: "Waarom wil je zo graag op Rottend Staal publiceren?"
Joris van Casteren: "Ik wil helemaal niet 'zo graag' op Rottend Staal publiceren. Dat het daar nu toch van komt heeft de volgende oorzaak. Bij het construeren van een aan mijzelf gewijde website door mijn pas uit Zuid-Amerika teruggekeerde broertje, ontdekte ik dat er allerlei schunnigs over mij geschreven wordt op jullie site. Ik moest er wel om glunderen maar bemerkte ook enige onjuistheden waar ik de heer Droog op geattendeerd heb. Er werd onder meer beweerd dat ik in Lelystad zou wonen (ik woon in Amsterdam), dat ik in Rottend Staal mijn eerste verzen publiceerde (ik publiceerde mijn eerste verzen in Maatstaf) en dat ik in de inleiding van mijn onlangs verschenen boek over vergeten dichters een flink aantal vakgenoten zou hebben geschoffeerd (ik schoffeer in dat boek alleen de dichters uit Epibreren).
Bart is al tijdens het telefoongesprek aan het corrigeren geslagen en in ruil voor zoveel vlijt bied ik hem ter publicatie de gedichten 'China' en 'Daphne Deckers' aan."
Van Dalsum: "Wat was het doel van je gesneer op Epibreren?"
Van Casteren: "Ik neem aan dat jullie je hier afvraagt waarom ik in de inleiding van mijn vergeten dichters-boek de Epibreren-dichters kwalificeer als 'immer verongelijkt'. Dat komt omdat jullie je vaak en graag (maar niet altijd, hoor!) roeren in - zeker in mondiaal opzicht - futiele kwesties. Het lijkt, men sla de site er maar op na, soms jullie lievelingssport om ruzietjes te kweken, aan te wakkeren en met benzine te overgieten. Dat heeft mijns bedunkens weinig met poëzie te maken en getuigt evenmin van historisch besef. Wie die poëzie-historie bestudeert ziet dat er tijden waren waarin werkelijk gestreden diende te worden, soms ook door de immer bescheiden en thans toch vergeten dichters in mijn boek, om het vrije woord te kunnen laten prevaleren. Dat waren geen leuke tijden want aan waarachtige poëzie schrijven kwam je nauwelijks toe, druk als je was met het in stelling brengen van geschut tegen een eerdere, pluche-vaste generatie. Thans hoeft dat soort strijd niet meer geleverd te worden. We kunnen, zoals ik schreef, allen vredig grazen in 'de hedendaagse taaltuin'. Het mede door jullie geïnstigeerd gekissebis over een kloof tussen 'podium- en leespoëzie' [sic!], lijkt mij een bij voorbaat lang verloren achterhoedegevecht. Ik heb uiteraard wel spijt van mijn uitlating want die lijkt nu nog meer buiten-poëtisch gehaspel te veroorzaken. Hopelijk hebben we nu vrede."

Van Dalsum: "Wanneer verschijnt je volgende bundel en wat is de titel?"
Van Casteren: "Ik ben druk met de voorbereidingen van de opvolger van de succesvolle serie over vergeten dichters in De Groene. In Vrij Nederland start vanaf 1 januari 2003 een nieuwe reeks, ditmaal over vergeten romanciers. Ik werk, gehinderd door tijdrovende journalistieke arbeid, langzaam naar een nieuwe bundel toe die hopelijk in de loop van volgend jaar gereed is. Werktitel: Jetlag van een bomschoendrager." (Epibode, 26-11-2002)

 

Deze pagina is onderdeel van het dagblad voor poëzie Rottend Staal Online


© Liesbeth van Dalsum/Rottend Staal Online 2005. Auteursrecht berust bij de auteurs op basis van de Auteurswet 1912. Er mag niets uit deze website worden overgenomen, opgeslagen op media ter verspreiding onder derden, gepubliceerd of anderszins verveelvuldigd zonder uitdrukkelijke, voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs.