HET WINNENDE GEDICHT 2004


KLEINE HELD

Onverdroten redt de kleine held
de grijze hemel uit de sloten,
uit de schenen het hellevuur.

Piept als hond, stoot als valk,
draait voor de bonte prins
niet weg, nee, loopt nooit achteruit.

Koeien, zeugen, ooien, alles wat
uit sloten drinkt, hij zal bij ze zijn.
Neus in de wind, tenen in het slijk.

Een vuil paard en zijn vette knecht.
De held wiekt zijn armen, alle vier:
"Kom, vriend, held, mijn, kom hier".

© Rik Andreae, 2004


© Stichting Poëziemarathon Groningen,  2000-2004

terug naar boven